Gemengde Dichtproeven van eenige Letterlievende Vrienden. Te Dordrecht by A. Blussé en Zoon, 1788. In groot 8vo. 116 bladz.
Drie jaaren was deeze kleine verzameling van Dichtproeven, op het laatste blad na, afgedrukt, eer zy werdt uitgegeeven; en even zo veele jaaren hebben wy gewagt, om 'er bericht van te geeven; om dat wy op een tweede Deeltje, volgens het Voorbericht, wagtende waren. Tot heden is zulk een Vervolg echter niet verscheenen; des het tyd worde, dat wy van het voor ons liggende boekjen alleen spreeken.
Een kleine kring van vrienden, bestaande uit de Dichtkundige a.h. hagedoorn, b. fremery, j.p. van heel en d. van stolk, hebben een gedeelte van hunnen voorraad bygedraagen; maakende te zamen een aantal van 36 verzen uit, welke deeze Gemengde Dichtproeven opleveren. De laatstgenoemde Dichter stierf in April 1787, in den ouderdom van 27 jaaren; wordende er een loffelyk getuigenis, in gemelde Voorbericht, wegens dien man gegeeven. Een Zedelied van Mejufvrouw agnita van dyck, by het wiegje der Huwelyks-eersteling van gemelden overiedenen, haaren vriend en bloedverwant, was daarom de plaatsing zeer wel waardig: schoon de meeste dezer Gedichten enkel vluchtige gedachten zyn, zo als men gewoon is in de meeste Dichterlyke Schakeeringen aan te treffen. Het volgend strekke ter proeve:
Alles.
ô Mensch! hoe ydel is uw slaven!
Waartoe verzamelt gy? Behoeftge dan zoo veel?
Helaas! twee schreden doetge op 't ondermaansch tooneel:
Gy wordt geboren - en begraven.