Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1788

[p. 288]

De Geschiedenis van den Staat der rechtheid en Val onzer eerste Ouderen. Verklaard door Henricus van Herwerden, Predikant te Amsterdam. Te Amsterdam, by J. Allart, 1787. Behalven het Voorwerk, 382 bladz. in gr. octavo.

Het behandelen van dit onderwerp komt enigermate in, als een gevolg der voorige ontvouwinge van 's Heillands Verzoeking in de Woestyn, door den Eerwaerden van Herwerden voorheen in 't licht gegeeven.^(*) Ter dier oorzake is ook het hoofdonderwerp van dit Geschrift eigenlyk de verzoeking en val onzer eerste Ouderen, met de gevolgen daervan; dan hy oordeelde het, ten rechten verstande, dienstig vooraf te laten gaen ene ontvouwing van den staet der rechtheid of 's Menschen oorspronglyken staet; vanwaer hy, na 't voordragen eniger algemene ophelderingen, daermede aenvangt; en vervolgens de geschiedenis van den val, in alle derzelver byzonderheden, door Mozes Gen. III. gemeld, in 't breede ontvouwt. Hierop verledigt hy zich verder ter overweginge van den staet en val van het Menschdom, in den eersten Mensch, als plaetsbekleeder van het geheele Menschdom; en besluit voorts al het verhandelde, met practicale overdenkingen. - Zyn Eerwaerde volgt de gewoone leerwyze, en uit dien hoofde behelst zyn Geschrift, ene ontvouwing van de algemene leerstellingen, die gewoonlyk in de Godgeleerde t'zamenstellen onzer Kerke deswegens voorkomen; des de Lezer, begerig om dezelven na te gaen, ze hier op ene soortgelyke wyze als elders kunne vinden. Wat wyders 's Mans verklaring van Genesis III betreft, hy houd zich, even als in zyne beschouwing der verzoekinge in de Woestyn, aen de letterlyke verklaring; het welk hem ook hierin veelal den gewoonen weg doet volgen; des hy ons, ook ten dezen opzichte, gene nadere ophelderingen van enig wezenlyk belang levere. - Dit Geschrift is derhalve niet zo zeer voor hun, die over het duistere in deze Geschiedenis nog gaerne enig meerder licht verspreid zagen, als wel voor de zodanigen, die zich de gewoone denkwyze met genoegen verlevendigen, waertoe het zelve zeer geschikt is; dewyl zyn Eerwaerde alles in ene welingerigte orde, naer zyne denkwyze, ontvouwt.

(*) N. Alg. Vad. Letteroef. I. D. bl. 270.