Gedichtjes voor myn Dochtertje, door D. Kuypers. Eerste Proeve, Te Leyden by W.H. Gryp, 1786. In 8vo. 16 bladz.
Niet geheel van eigenaartigheid ontbloote Versjes; maar die echter voor kinderen, in 't algemeen, wat te hoog zyn. - In het Stukje de Wandeling, heeft ons byzonder de naam van lieve Heertje, hoe zeer door jan luyken gewettigd, gestooten; immers, hoe zou het den Heer kuypers zelf reffen, als men eens sprak van het Scheppertje van Hemel en van Aarde, en hoe weinig zou dit verschillen met te schryven:
Dan zing ik lieve Heertje!
Hoe groot zyn uwe Werken.
Diminutiva zyn, zo wy niet geheel mis hebben, by alle groote voorwerpen in ernstige zaaken, altoos te onpas; en hoe zeer dan (schoon zelfs in den mond van een kind,) omtrent het Grootste Voorwerp.