Olintes, Treurspel. Door P.J. Kasteleyn. Te Amst. by W. Holtrop, 1786. In 8vo, 94 bl.
Olintes, Veldheer van Aladyn, Koning van Jerusalem, hadt het heilige zwaard van Mahomet in de handen der Christenen, die Jerusalem onder Hertog Godefroy belegerden, overgeleverd; zyne minnares Sofronia geeft haar aan als hadt zy dezen roof gepleegd, ter voorkoming van het plengen van al het Christenbloed in Salem, 't geen Aladyn gezwooren hadt indien hem de daader van die misdaad niet bekend werdt. Clorinde, een Persische Prinses, en groote heldin, die Aladyn in de belegering bystaat, en verliefd is op Olintes, vondt Olintes in ketens, om den gemelden roof, en zoekt hem te verlossen; doch zyne liefde voor Sofronia ontdekkende, verandert haare min in woede tegen Olintes: welke egter door Sofronia's grootmoedigheid zodanig vernietigd wordt, dat zy ter redster strekt van dit paar, en zich, uit hoopeloosheid van haar min jegens Olintes, doorgrieft. Dit Treurspel doet, zo uit hoofde van deszelfs schikking als Poëzy, den Heer Kasteleyn eere aan.