Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1783

J.D. Michaëlis, Oostersche en Uitlegkundige Bibliotheek. Vierde en Vyfde Deel, te zamen 437 bladz. En tevens het Zestiende Deel 139 bladz. in gr. octavo. Te Utrecht, by J.C. ten Bosch, 1782.

Overeenkomstig met het oogmerk, om de Nederduitsche uitgave van dit geleerde Tydschrift, allengskens, gelyktydiger met de Hoogduitsche te maken, en den Lezer tevens de nieuwere Stukken onder 't oog te brengen^(*), heeft men thans weder drie Stukken te gelyk het licht doen zien. Met deze voortzetting van dit Werk, maekt men deszelfs aenkoop des te gevalliger, voor hun die het Hoogduitsch niet verstaen, en de oordeelkundige behandelingen en berichten van den Hoogleeraer Michaëlis op de juiste waerde schatten. In 't doorbladeren dezer Stukken, die weder een aental van byzonderheden, ter daedlyke ophelderinge van de Oostersche Letterkunde, verlenen, zal men t' over reden vinden, om in de gunstige gedachten, nopens de nuttigheid van dit Geschrift, versterkt te worden.

(*) Zie Algem. Vaderl. Letteroef. IV. D. bl. 467.