Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1782
(1782)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– AuteursrechtvrijVerhandelingen, uitgegeven door het Zeeuwsch Genootschap te Vlissingen. Achtste Deel. Te Middelburg, by P. Gillissen, 1782. Behalven het Voorwerk, 539 bladz. in gr. octavo.Uitgenomen de Antwoorden op de voorgestelde Prysvraag van het Genootschap, nopens de verbetering der Openbaare, vooral der Nederduitsche, Schoolen, waarvan wy, als ook afzonderlyk uitgegeeven, onlangs gewag gemaakt hebbenGa naar voetnoot(*), behelst dit Deel nog drie Hemelloopkundige Schriften, welker gemeenmaaking den Beoefenaaren dier Weetenschap aangenaam zal weezen. Het eerste verleent een vyftal van waarneemingen op Saturnus in den Meridiaan, twee voor, en twee na deszelfs oppositie, op den 1 May 1778, door den Heer Méchain, waargenomen, en met de Tafelen vergeleeken. In het tweede, geeft ons de Heer Fokker berigt van zyne waarneemingen, betreffende de Comeet van 't jaar 1779, met eene nevensgaande berekening van derzelver waaren loop, uit drie onderscheiden waarneemingen. En hierby komen ten laatste de waarneemingen van den Heer Méchain wegens de Comeet van 't jaar 1780, met de opgave der beginzelen van derzelver loopkring: zynde deeze twee Comeeten de 64 en 65ste, waarvan men den loopkring berekend heeft. Wyders ontmoeten we in de Voorreden, voor dit Deel geplaatst, buiten de melding der byzonderheden, die tot het geschiedkundige en de verdere verrigtingen van het Genootschap behooren, nog twee Stukken geplaatst, die we niet wel stilzwygende voorby kunnen gaan. - | |
[pagina 625]
| |
In den jaare 1772 had de Heer Winckelman de Vergadering vereerd met eene Voorleezing, vervattende een kort en zaakryk berigt der gewigtigste geschiedenissen van ons Vaderland, zedert den afstand van Keizer Karel, in 't jaar 1555, tot op de vrymaaking van Vlissingen, in 't jaar 1572; welk berigt geplaatst is, in de Historie van het Genootschap, voor het derde Deel van deszelfs Verhandelingen. En 't heeft dien Heer behaagd, in 't voorleeden jaar de Vergadering te openen, met eene Voorleezing, die het verdere beloop van 's Lands Geschiedenissen tot dien tyd beknoptlyk voordraagt; welke hier insgelyks in 't Voorwerk medegedeeld wordt. Beide deeze Voorleezingen, die getuigenis draagen van 's Mans oordeelkundige beschouwing onzer Vaderlandsche Geschiedenissen, bieden den Leezer een kortbondig verslag aan, van al het merkwaardigste hier omtrent; 't welk het hoofdbeloop onzer Geschiedenissen zo kort en geleidlyk voordraagt, dat een oplettende het ligtlyk in zyn geheugen kunne inprenten, het welk hem dan, in 't leezen van uitgebreider Geschiedverhaalen, ten gemaklyken leiddraad kan verstrekken. Voorts heeft men 'er ook bygevoegd, een verslag van het verrigtte in de vergadering der Heeren Directeuren, op den 23 van Louwmaand des jaars 1779 gehouden: toen die geagte hoogschatters van ons vereenigd Gemeenebest plegtig gedagtenis vierden, van de vaststelling der Utrechtsche Unie; op den eigensten dag, waarop, twee Eeuwen vroeger, dat gewigtige Verbond, door de Afgevaardigden der byzondere Landschappen, eerst getekend is. By die gelegenheid deed de Heer President Winckelman eene zeer wel ter zaake dienende Aanspraak, en dezelve werd agtervolgd, door den Heer Secretaris Te Water, met het voorleezen eener korte Redenvoeringe, over het beraadslaagen, voortzetten, voltrekken en ondertekenen der Utrechtsche Unie, met gepaste aanmerkingen over derzelver belang en voortreffelykheid; byzonder naar de uitzigten van 's Lands omstandigheden in die dagen. Het een en 't ander wordt hier in zyn geheel geplaatst; en de Leezer vindt 'er in, eene geleidlyke onderrigting van het voornaamste, dat deeze grondvesting van ons vereenigd Gemeenebest betreft. |
|