Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1781
(1781)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– Auteursrechtvrij
[pagina 629]
| |
Mengelwerk, tot fraaye letteren, konsten en weetenschappen betrekkelyk.Verhaal van een kinderlyk muzykant. Door Charles Burney, Doctor in de Muzyk, en F.R.S. in eenen Brieve aan william hunter, F.R.S.(Uit the Philosophical Transactions, Vol. LXIX. Part. 1.)
myn heer!
Naardemaal uwe nieuwsgierigheid zeer gaande schynt gemaakt te weezen, door de zeldzaame verhaalen van het Muzikaal Kind te Norwich; en dewyl gy eenige begeerte betuigd hebt om te mogen weeten, in welke byzonderheden zyn speelen zo zeer en verwonderenswaardig uitstak, en het eene geschiktheid betoonde tot de Muzyk zo veel verheeven boven andere Kinderen van die jaaren, heb ik, naa alle mogelyke naspeuringen gedaan, en het Kind menigmaal gehoord te hebben, het volgende verhaal opgesteld, 't welk, indien het niet te gering schyne, gaarne door u zag overleveren, aan de Koninglyke Societeit, als een kenteken van myne hoogachting voor dat Geleerde Lichaam, 't welk, daar deszelfs naspeuringen zich uitstrekken tot alle deelen der Natuure, het misschien niet versmaaden zal een verslag te ontvangen van de ongemeene uitoefeningen der menschlyke bekwaamheden, in een veel vroeger leeftyd dan zy zich doorgaans ontwikkelen. Ik heb de eer, enz.
William crotch werd den 5 July 1775 te Norwich gebooren. Zyn Vader, een Timmerman van zyn handwerk, een liefhebber, schoon geen kenner van de Muzyk zynde, ondernam het een Orgel te maaken, waar op hy, zo ras het geluid kon geeven, twee of drie gemeene Deuntjes leerde, als God save great George our King; Let Ambition fire thy Mind en het Pascha-Lied, waar mede hy, als mede met zulke toonen, die hem het meest smaakten, zyn Instrument beproefde. | |
[pagina 630]
| |
Verscheide byzonderheden wegens zyns Zoons eerste aandagt op de Muzyk, heb ik ontvangen van robert patridge, Schitdk. Een Heer van Rang in Norwich, die, op myn verzoek, verpligtend genoeg geweest is, om my verzekering te geeven van verscheide byzonderheden, aan welker waarheid ik, steunden zy alleen op 't gezag van 's Kinds Vader of Moeder, zou getwyfeld hebben. Verschynzels, die buiten den algemeenen loop der natuure gaan, kunnen niet te nauwkeurig of te byzonder nagegaan worden. Omtrent Kerstyd des Jaars 1776, toen het Kind slegts anderhalf jaar bereikt hadt, betoonde het eene sterke genegenheid tot de Muzyk, door zelfs het eeten te laaten staan als het Orgel speelde; en omtrent het midden van den Zomer des Jaars 1777, wilde hy den sleutel-toon van zyn geliefde Deuntjes aanraaken, om zyn Vader te noopen dat deeze dezelve speelde. Korten tyd daar naa, als hy niet in staat was deeze Deuntjes te noemen, wilde hy de twee of drie eerste nooten van dezelve speelen, als hy dagt dat 't aanraaken van den sleutel-toon niet genoeg was, om aan te duiden, wat hy wenschte gespeeld te hebben. Doch, volgens het berigt zyner Moeder, schynt het Kind de eerste pooging om zelfs te speelen gedaan te hebben, als Mejuffrouw lulman, een groot Liefhebster der Muzyk, die het orgel zyns Vaders kwam beproeven, daar op speelde, en 'er by zong: want op dien avond, wanneer Mejuffrouw lulman vertrokken was, schreeuwde het Kind, en was zo lastig dat de Moeder het niet wist te stillen. Eindelyk, door de eetkamer gaande, drong het na het Orgel toe, en sloeg 'er, bykomende, met zyn kleine vuisten op, even als andere Kinderen, die 'er gaarne, als zy 'er by kunnen komen, geraas op maaken. Den volgenden dag, nogthans, met zyn Broeder, een Jongeling van omtrent veertien jaaren, in de kamer zynde, als zyne Moeder uit was, wilde hy hem met geen rust laaten, voor dat deeze de blaasbalken van het Orgel trok, terwyl hy, op diens knie zittende, de klavieren in 't eerst verward roerde; doch, kort daar op, met de eene hand, genoeg speelde, van het stukje: God save great George our King, om de nieuwsgierigheid gaande te maaken van zyn Vader, die, op een vliering, zyne werkplaats, was, en schielyk na beneden ging, om te verneemen wie op het Orgel dit Deuntje speelde. Wanneer hy bevondt, dat het zyn jongste Kind was, kon hy naauwlyks gelooven wat hy hoorde en zag. Toen was het Kind net twee jaaren en drie | |
[pagina 631]
| |
ken oud, gelyk my gebleeken is uit eene Copy van een Doopeedel, in de Parochie van St. Georges Colgate, te Norwich, getekend door den Eerwaardigen Mr. tapps. Desgelyks bevestigen allen, die dit Kind gezien hebben, dat het niet verondersteld kan worden, ouder te weezen: dewyl het niet alleen het voorkomen heeft van een zo jong Kind, maar in alles zich zodanig aanstelt, en niet meer kan overgehaald worden om te speelen, dan een Vogel om te zingen. Wanneer zyne Moeder t'huis kwam, verzogt de Vader dat zy met hem binnen wilde treeden: dewyl hy haar iets zeldzaams moest toonen. Zy deedt het, en stondt niet min dan de Vader versteld, als zy haar Kind het begin hoorde speelen van God save great George our King. Den volgenden dag leerde het Kind de Bovenzang van het tweede gedeelte, en bestondt daags daar aan de Bas te speelen, welke het bykans volkomen trof. In 't begin van November, des Jaars 1777, speelde onze william den Bovenzang en de Bas van Let Ambition fire thy Mind. Toen de Ouders deeze zeldzaame gebeurtenis aan eenigen hunnèr Buuren verhaalden, lachten zy 'er om; en het aanmerkende als de uitwerking van Ouderlyke vooringenomenheid met hun Kind, raadden zy hun het niet voort te vertellen: vermits zulk een verhaal alleen zou strekken, om hun te doen bespotten. Wanneer, eenige dagen laater, Vader crotch buiten staat zynde, om buiten te werken, Mr. paul, voor wien hy iets te doen hadt, toevallig daar voor by wandelde, en het orgel hoorende, zich verbeeldde dat crotch hem bedroogen hadt, en t'huis gebleeven was om op zyn geliefd orgel te speelen: geheel met dit denkbeeld vervuld, tradt hy binnen, en met een vaart de Kamerdeur openende, zag hy het Kind op het Orgel speelen, terwyl de ondere Broeder de blaasbalken trok. Mr. paul stondt het speelen zo wel aan, dat hy terstond twee of drie Buuren binnen riep, om het te hooren; deezen het nieuws wyd en zyd verspreidende, kwamen 'er, den naast volgenden dag, omtrent honderd Menschen om den jongen Muzykant te hooren, en naderhand een nog veel grooter aantal, uit alle hoeken van de Stad, daar aan huis: tot dat, in het einde, de Ouders zich genoodzaakt vonden, dit speelen tot zekere dagen en uuren te bepaalen, om het Kind voor vermoeienis te veiligen, en zich te ont- | |
[pagina 632]
| |
slaan van de ongelegenheid om steeds zulk eene nieuwsgierige menigte op te wagten. Dit verhaal stemt in de meeste byzonderheden overeen, met een Brief dien ik van Norwich ontving, en waar van ik hier een uittrekzel mededeel. ‘Thans bevindt zich hier ter stede een wonder in de Muzyk, waar van elk den mond vol heeft. Een Kind, de Zoon eens Timmermans, slegts twee jaaren oud, zyn Vader menigmaal op een Orgel, door hem gemaakt, hebbende hooren speelen, vertoont naauwlyks geloofbaare bekwaamheden in de Muzyk. Het speelt verscheide Deuntjes, en haalt enkel uit zyn geheugen brokken op, van verscheide caprices, welke het van Mr. garland, den Organist in de Hoofdkerk, heeft hooren speelen. Dikwyls heeft het iemand, op de Fluit speelende, geaccompagneerd, niet alleen met den Bovenzang, maar maakte 'er den Bas by, die het gros der Toehoorderen wel voldeedt. Indien iemand valsch speelt, wordt het terstond boos. Het schynt in andere opzigten geen uitneemend snel Kind; doch zyne geheele ziel is Muzyk. Veele komen dagelyks om het te hooren, en allen, die Muzyk verstaan, verwonderen zich ten hoogstenGa naar voetnoot(*).’ Het Kind slegts twee jaaren en acht maanden oud zynde, toen deeze Brief geschreeven werd, moet zyn speelen veel verwonderlyker voorgekomen zyn dan tegenwoordig: want, daar het nauwlyks eenig onderwys schynt te ontvangen, en geen geregelde lessen zints dien tyd gehad te hebben, kan men zich niet wel verbeelden, dat zyne vorderingen aanmerkelyk zyn. Nogthans moet de ondervinding hem geleerd hebben, welke opeenvolging of zamenvoeging van klanken zyn oor meest mishaagde; doch zo groot is zyn drift, dat hy nimmer lang op één noot blyft staan: en, in de daad, zyne uitvoering moet oorspronglyk zo veel op het geleide van zyn oog, als op zyn oor, afgegaan hebben: | |
[pagina 633]
| |
want, wanneer zyn hand ongelukkig een verkeerde noot grypt, kan het oor daar over niet oordeelen, voor het te laat is om den misslag te verbeteren. Hebbelykheid, egter, en misschien de kieschheid en scherpte van een ander zintuig, het gevoel, bestuurt hem tot het roeren der Klavieren, welke hy drukt, terwyl hy 'er bykans nooit na kykt. De eerste Caprice, welke hy met aandagt hoorde, werd gespeeld aan 't huis van zyn Vader, door Mr. mully, een Muzyk-meester; en zo ras deeze vertrokken was, scheen het Kind op eene wilde en geheel andere wys te speelen dan zyne Moeder gewoon was te hooren. Zy vroeg hem, wat hy deedt? ‘Ik speel,’ antwoordde hy, ‘dat mooije stukje van dien Heer.’ Doch zy was niet in staat om over de gelykheid daar van te oordeelen. Wanneer, nogthans, Mr. mully, eenige dagen laater, wederkwam, en gevraagd werd of het Kind eenige stukken van zyne Caprice onthouden hadt, betuigde hy van ja. Dit viel voor, omtrent in 't midden van den Zomer, des Jaars 1777, wanneer het Kind niet meer dan twee jaaren en vier maanden telde, en een geruimen tyd daar naa, wilde het niets anders dan deeze stukken uit den Caprice speelen. Een Muzykkundig Heer van Norwich onderrichtte Mr. patridge, dat de vorderingen, welke het Kind op dien tyd gemaakt had, in het oordeelen over de zamenstemming der klanken, zo snel waren, dat het 't Paasch-lied volkomen speelde; en in de twee of drie laatste partyen van het Hallelujah, waar dezelfde toon moet doorgehouden worden, speelde hy met beide de handen, waar door hy 't tot een zesde bragt, doch 't geen bezwaarlyk viel door de kortheid zyner vingeren. Die zelfde Heer merkte op, dat hy de Bas maakende op toonen, die hy eerst by 't gehoor geleerd hadt, wanneer de zamenstemming hem niet behaagde, den Bovenzang zo lang aanhieldt, tot hy een beter zamenstemming gevonden hadt. Zedert deezen tyd was hem zyn geheugen zeer getrouw, in het onthouden van toonen die hem behaagden: zich bevindende op een Concert, waar eenige Liefhebbers de Overture in Rodelinda speelden, was hy dermaate ingenomen met de Minuet, dat hy den volgenden morgen in zyn bedde een gedeelte daar van neuride, en 's middags, zonder eenige verdere hulpe, dezelve geheel op het Orgel speelde. Het Kind schept thans het meeste vermaak in Caprices te speelen, die zeker den naam van Muzyk niet zonden mogen | |
[pagina 634]
| |
draagen als ze gespeeld werden door een bejaarder Persoon: dewyl 'er eenstemmigheid en maat aan ontbreekt; doch zy duiden zulk een oordeel en kenze van nooten aan, als met de daad verwonderlyk is, en die, van zelve voortkomende, in iemand van welk een ouderdom ook, verbaazend zouden weezen. Maar, schoon onze william stukjes van gemeene Deuntjes vry goed in de maat speelt, kan men, nogthans, niet ontdekken dat hy zich in zyne Caprices aan een byzondere maat bindt; ook heb ik in geen deezer waargenomen, dat hy de drie-maat zogt te speelen. Indien hy aan eenige byzondere maat de voorkeus geeft, het is aan de Dactylus, bestaande uit een lange en twee korte greepen, die de doorgaande maat uitleveren, waarop veele Straatdeuntjes gemaakt worden; en inzonderheid, het begin is van de Belleisle March; deeze kan hem die maat wel eerst gegeeven, en in zyn geheugen gedrukt hebben. En zyn oor, schoon keurig gevormd om klanken te onderscheiden, wordt, egter, alleen verrukt door den gemeenen zangtoon, en houdt zich voldaan met eene zeer onvolkomene overeenstemming. Ik nam zyne houding waar, als hy voor de eerste keer de stem hoorde van den Signor pacchierotti, den voornaamsten Zanger in de Opera; doch ik vond niet dat hy bleek zeer aandoenlyk te weezen, voor den verheeven smaak en kieschheid diens uitsteekenden Meesters; nogthans riep hy, vry kort na dat het air was aangeheeven: ‘Hy zingt uit F.’ En dit is een der verwonderlyke eigenschappen zyns gehoors, dat hy, op eene vry grooten afstand van eenig Speeltuig, en buiten het gezigt der klavieren, een noot, die aangeslaagen wordt, kan onderscheiden en weet te zeggen of het A, B, C, enz. is. In dit stuk heb ik hem menigmaal op de proeve gesteld, en vondt nooit dat hy mistastte, zelfs niet in de halve nooten. Eene byzonderheid te zeldzaamer, om dat veele Speelders en zelfs zeer bekwaame, buiten staat zyn, om, enkel op 't gehoor, in eene Opera, of elders, te onderscheiden, uit welk een Sleutel een stuk gespeeld worde. Maar dit Kind was bekwaam, om een noot, die onder het bereik zyns gehoors geslaagen werdt, als hy de klavieren niet zag, slegts twee en een half jaar oud zynde, zelfs eer hy de Letters van het A, B, kon, te onderscheiden. Eene omstandigheid zo zonderling, dat ik zeer begeerig was om te weeten, wanneer, en op welk eene | |
[pagina 635]
| |
wyze, deeze bekwaamheid zich eerst ontdekte. Zyn Vader verhaalde my, dat wanneer hy, in 't midden van January, des Jaars 1778 op 't Orgel speelde, zekere noot hing, of bleef doorspeelen, schoon niet door den vinger gedrukt, en dat, schoon noch hy, noch zyn oudste Zoon, kon ontdekken welk een noot deeze was, william, die toen over de vloer liep te speelen, dit staakte, na het Orgel liep, en zyn vinger op die noot zette. Mr. crotch, denkende dat dit enkel toevallig was, maakte, met voordagt, dat, op den volgenden dag, verscheide nooten hingen, welke het Kind terstond de een naa de ander aanwees: eindelyk deedt hy twee klavieren te gelyk hangen blyven, 't welk, door het beletten dat de klepjes van de windlaade sluiten, een dubbele wantoon veroorzaakt; dan hy vondt die beide terstond uit. Elk Kind, in de daad, 't welk niet geheel onvatbaar is, dat wit van zwart, lang van kort, kan onderkennen, en de Letters van 't A, B weet te noemen, waar door de Muzyknooten aangeduid worden, kan de naamen der klavieren op een Klavecimbaal in vyf minuuten leeren; doch, over 't algemeen zouden vyf jaaren niet genoeg zyn, om iemand, van welk een ouderdom ook, hoe zeer hy zich op de Muzyk bevlytigde, een onfeilbaare herinnering in te boezemen, van de toonen door deeze klavieren voortgebragt, wanneer hy de vryheid niet hebbe om ze te zien. Eene andere wondere eigenschap van deeze zeer vroege bekwaamheid is, dat hy, twee jaaren en vier maanden oud zynde, in staat was, alles wat hy speelde op de vreemdste en zwaarste sleutels over te brengen, en nu in zyne Caprices uit alle sleutels even gemaklyk speelt. De laatste hoedanigheid, welke ik nog moet aanwyzen, als zeldzaam in deezen Kinderlyken Muzykant, bestaat hier in, dat hy voor de vuist een bas kan speelen op gemaklyke Wyzen, als zy door een ander op 't zelfde Speeltuig gespeeld worden. Maar men hebbe zich niet te verbeelden, dat deeze Bassen juist zyn, en naar de regelen van tegenstelling, dit heeft hier zo min plaats, als in zyne Caprices. Voor tegenwoordig, bestaan alle zyne eigen Deuntjes uit navolgingen van gemeene en gemaklyke stukjes, en hy schynt ongevoelig voor andere: egter schynt de eenige wyze, waar op zulk een Kind als nog iets beters kan geleerd worden, door voorbeeld te zyn. Indien hy geene dan uitmuntende stukken hoorde, zou hy ongetwyfeld poogen, iets dergelyks voort te brengen: doch, thans, speelt kleine | |
[pagina 636]
| |
liam niets nauwkeurig, en zyne Caprices zyn weinig minder wild dan de wildzang der Vogelen. Hy schynt nog geen voorwerp te weezen, om onderwys te ontvangen: want, eer zyn verstand ryp genoeg is, om de lessen van een Meester te bevatten, en eer hy eene zugt om te leeren laat blyken, door eene gewillige en bereidvaardige onderwerping aan zyne onderrigtingen, zou het bedwang van regelen hem alleen mishaagen, en, te sterk aangedrongen, de wonderbaare natuurlyke Muzykbekwaamheden, verdooven, of misschien geheel verwoesten. |
|