Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1780(1780)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– Auteursrechtvrij Vorige Volgende Aan een meisje. Ai, Zeg, bevallig Meisje, Wat denkt gy, zyn die oogen, Die vurige schit'rende oogen U door Natuur gegeven Om geilheid meê te ontvonken? Of vormde ze u dat mondje Dus lieflyk, om den wellust Zoo dartel aan te lokken? Gaf ze al, gaf ze al die schoonheid U eeniglyk, om de ondeugd, De Zielbedervende ondeugd, Zoo willig meê te dienen? Ach, Meisje! gy bedriegt u; Gy moetl, met zo veel schoonheid, De hagelblanke Deugden Alleen tot siersel strekken: Dan zuit gy van der Maagdjes, Van de allerschoonste Maagdjes, Het allerschoonste wezen! J..... Vorige Volgende