Intrede te Batavia; nevens eene Inwydings-Redevoering tot de openbare Lessen over de Wysgeerte en fraaije Letteren door J.v. Iperen, M.L.A.Ph. Dr. Lid van verscheiden Genootschappen en Predikant op Batavia. Te Amsterdam by J. Allart, 1780. In groot octavo 124 bladz.
Naer aenleiding der Textwoorden 2 Tim. 1.7, is de Intreed-Leerreden geschikt ter behandelinge van twee hoofdzaken. I Om den Evangelischen Godsdienst vry te pleiten van die vreeze, welke ten allen tyde den sterksten invloed op het voortplanten en handhaven der onvernuftige Bygeloovigheid had. God heeft ons niet gegeeven den geest der vreesachtigheid. II. Om de bovennatuurlyke zielsvermogens op te geven, door welken de eerste Euangelisten, Herders en Leeraers bekwaem gemaekt waren, om de besten der stervelingen, uit alle volkeren en gezintheden, tot het belyden en beleven van onzen allerheiligsten Godsdienst te bewegen en over te halen. Maer God heeft ons gegeven den geest der kracht, der liefde en der gematigtheid. De beschouwing van dit tweeledig onderwerp brengt zyn Eerwaerde kortlyk over op den tegenwoordigen tyd; en laet zich voorts breder uit over zyne byzondere omstandigheden, en ernstige oogmerken; waerop hy zyne Leerreden voorts met de vereischte plichtplegingen laet afloopen.
Wat wvders de Inwydings-Redenvoering betreft, derzelver Programma luid aldus. ‘Alle Weetenschappen schakelen zich aan eenen Ketting. Men kan de eene Schalm niet aantasten, zonder alle de andere eenigzints te roeren. Gelukkige tijden! Thans kan men, zonder veel omslags, eene algemeene geleerdheid, die volstaan kan, in de Samenleevinge, in den Godsdienst, en in alle Beroepen, zich aanschaffen en magtig maaken; ten voordeele der menschelyke maatschappy, en ter eere van het christendom. Iets diergelyks, in openbaare Lessen, aan te toonen, en, in byzondere Lessen, in te scherpen, zal, zoo God wil en wy leeven, met volle goedkeuringe der hooge regeeringe, nu en dan, de welmeenende pooginge zyn van josua van iperen, Meester der Vrye Kunsten, Doctor in de Wysbegeerte en Predikant te Batavia.’