zwetzende Tytels, wat sterk uitgedrukt; en men schynt meermaals niet wel te bezeffen, dat men nadeel doet, door die soort van grootspreeken; dewyl 't te tellen is, onder de veelbeloovende Kwakzalvery. Liever zouden wy van dit Onderwys zeggen, dat het eene geschikte handleiding behelst, waar van jonge Lieden met vrugt gebruik kunnen maaken, om zig een algemeen denkbeeld van de Konst van Boekhouden te vormen; of het hun gegeeven onderwys langs dien weg, ter meerdere versterkinge, nog eens beknopt na te gaan. Ook zouden dezulken, die zig met het Huislyk Onderwys in deeze Konst bezig houden, zig nuttig van de hier voorgestelde Leerwyze kunnen bedienen. Dit is, zo 't ons voorkomt, de hoogste waarde op welke wy het op onzen Inventaris durven brengen.