Utrechts zang-prieeltjen
(1649)–Anoniem Utrechts zang-prieeltjen– Auteursrechtvrij
Stemme:
| |
[pagina 254]
| |
Daer ghy met lust,
V inde groente rust
Het sy by Beeck, oft Bron,
In het rijsen van de Son.
2 Alwaer 't ghevogelt soet
Met blijdelijck gesangh, en lieffelijck gequeel,
Mijn Amaril begroet,
Geen Bloempjes aen sijn struyck, geen bloempjes op sijn steel
Of 't is verheught,
En toont de meeste vreught,
Als ghy het Bosch belonckt,
Hout het sich als op gepronckt.
3 In Roosjes en Cruyt,
Op soete morgen-stondt geseten in het Woudt,
Munt Amarillis uyt
Ghelijck een Diamant in 't midden van het Gout,
Of als sy leyt,
In bloempjes neer gespreyt,
Soo is het anders niet,
Of men Flora selver siet.
J. Krul. |
|