voort verstijft, want also wy in hare Beschryvinge bevinden, soo en sijnse van geen vorst alleen gestorven, oock soo en hebben sy soo vervloedigh sneeu niet gehadt of hebben een dach, of twee nae datum wederom uyt konnen gaen, alleenlijck dat haer meest gheparst heeft, dat is het Scheur-buyck geweest. Wanneer nu de Schepen ghearriveert zijn geweest, als boven verhaelt is, so is by den Commandeur ghebooden, dat men de ses Matroosen, met den sevende, de welcke vande andere ses noch selfs gekist was, ende die sy noch selfs in een andere Tent gebrocht hadden, datmen de Ses overleden oock soude kisten, en stellense dan onder ’t sneeu, en wanneer het Aerdtrijck ontlaten soude zijn, om dan alle seven eerlijck te doen Begraven, het welck alsoo is geschiet, ende dat op S. Ians dagh, en dat soo eerlijck alst doenelijck is gheweest; wanneer sy ter aerden sijn ghestelt soo heeft den Commandeur geboden, datmen de Stucken soude lossen en na Scheeps gebruyck, haer den Heer in sijn bewaringhe beveelen.
Vorders soo sal den goetgunstighen Leser dit Iournael, ofte Beschrijvinge wat gelieven te verschoonen, want ghelijckerwijs den Boeck-houder selfs verklaert, dat hy van sijn Leven in gheen Boeck-houders-Ampt, ghetreden is geweest, en gedaen heeft, so hy best konde, seyt hy self, ende also ick niet anders en hebbe konnen vinden, als alleen simpelijck haer Beschrijvinge, so hebbe ick mijn uyterste vermogen gedaen, om soo veel doenelijck was, het selfde soo wat te verklaren, ofte verlichten, alsoo ick door eenighe goede Vrienden daer toe ben gebeden geweest, dat ick het selfde soude in Druck doen uytgaen, ende alsoo het mijn Ampt ende Negotie was, soo en hebbe ick het selfde niet konnen weygheren, te meer om de groote Affectie, die ick daer toe draghende ben. Ende om dat het U E. oock door den Druck mochte kont gedaen worden, gelijck een yder hier sal konnen sien; noch wenschte ick wel dat ick U E. noch meerder contentement hadde konnen doen, want daer men geen matery en heeft, kan men qualijck yetwijs maken, of men moste met willens leughenen ofte verdichtselen schrijven, doch den goetgunstigen Leser, sal konnen bevinden, dat ick hier in mijn uytterste vermogen gedaen sal hebben, te meer wanneer gy sult sien de geschreven Copye die sy selfs geschreven hebben, en die hier en daer in verscheyde Handen sijn berustende, so is my het Principael daer van ter Handt gekomen, waer nae dit Iournael selfs Gedruckt is. Voorts soo wilde ick U E. wel gebeden hebben, alsoo der veele Bulle ofte Briefkens hier van, door de Kramers en Landtloopers, zijn uytgegaen en geroepen, en maken de Luyden grote ende groove Leugenen wijs, ’t welck maer geraepte Fabulen ende vercierselen zijn, biddende U E. daer aen geen geloof te willen geven, gelijck U E. selfs oock wel bevroeden kan, dat men in een kleyn Briefken of Bulleken geen Particulariteyten en kan beschrijven.