De tweede nieuwe overtoomsche markt-schipper, of Durkerdammer kramer. Beladen met liederen(1840)–Anoniem De Tweede Nieuwe Overtoomsche Markt-Schipper, of Durkerdammer Kramer. Beladen met Liederen– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 42] [p. 42] Een Nieuw Lied, van eene Dienstmaagd welke bij hare Jufvrouw in de Kraam is gekomen. Wijs: Van de Liereboela. Lieve vrienden! blijft wat staan, En hoord deze klucht eens aan, 't Is omtrent nu zeven jaren, Dat een jong Heer is getrouwd, Ging hem in den echt vergaren, Maar het heeft hem haast berouwd. 2.[regelnummer] De eerste nacht wanneer hij zou Doen gelijk als man en vrouw, Straks gingen zijn oogen open, Hoe dat zij geschapen was. Zag hij, en hij was bedrogen, Toen verdraaiden het compas. 3.[regelnummer] Hij ging naar de Magiestraat, Geeft mij Heeren! goede rand, Want ik moet nu van haar scheiden, Geeft mij toch hiervan een brief, [pagina 43] [p. 43] Ik kan niet langer beiden, Zij is nooit tot mijn gerief. 4.[regelnummer] Als hij toen zijn afscheid nam, Van dat alderzoetste lam, Heeft de Jufvrouw met het Meisje, Zaâm geslapen op een bed, Ik weet niet hoe menig reisje, Maar het is niet als te net. 5.[regelnummer] De Jufvrouw was van beide egaal, Die dit leest verstaat de taal, Maar wij zullen 't straks bevinden, Want des dienstmeid die raakt zwaar, Zij is ook verlost van 't kinde, En de Jufvrouw is de Vaêr. 6.[regelnummer] De Jufvrouw werd gevisenteerd, Of iets aan haar lijf mankeerd, Maar zij is voor goed geschouwen, Wel bekwaam voor zulk een werk, Nogtans onbekwaam te trouwen, Voor de Preekstoel in de Kerk. 7.[regelnummer] Ook de meid die wou wel graag, Dat de Jufvrouw alle daag, Aan de wieg kwam bij het kleintje, En zingen zus zus mijn kind, Of eens spelen douw douw deintje, En geven een zakje splint. 8.[regelnummer] Voor haar kraam en voor haar eer, En dan wil zij nog al meer, Dat het kind zal mogen erven, Duizend guldens daar omtrent, Als de Jufvrouw komt te sterven, Dit gemaakt bij Testament. 9.[regelnummer] Wat dunkt u nu van dit spel? 'k Noem ze niet gij kent ze wel, De stad kunt gij ook ligt onthouwen, [pagina 44] [p. 44] Ligt digt aan de Maas bekwaam, Men verkoopt er Kenniptouwen, Dik en dun met Tros en Vaam, 10.[regelnummer] Daarom raad ik jong en oud, Ziet wel toe eer dat gij trouwd, Past de schoen eerst wel ter degen, Dat is genoeg om te verstaan, Anders zijt g'er meê verlegen, 's Morgens vroeg zoo kraait de haan. Vorige Volgende