De Tweede Ronde. Jaargang 24(2003)– [tijdschrift] Tweede Ronde, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 50] [p. 50] Twee gedichten Gé van den Bovenkamp Aan een leeuwerik (Zeer vrij) naar William Wordsworth Exquise minstreel! Pelgrim van het blauw! Steeds weer wees jij het aardse juichend af maar naast je nestje in de ochtenddauw vonden je hart en oogjes wreed hun graf. Ik weeg je in mijn hand. Je lied is uit... Hoe vol je borstje, kleine lentebruid! Jou heb ik liever dan de nachtegaal, die slanke zanger van het schaduwwoud. Een vloed van zonlicht fonkelt op de schaal waarop jij rust... De hemel zwijgt nu koud. Een nestje tijm is wat ik voor je wil. En daarna - hup! - onder de hete grill. To a Skylark Ethereal minstrel! Pilgrim of the sky! Dost thou despise the earth where cares abound? Or, while the wings aspire, are heart and eye Both with thy nest upon the dewy ground? Thy nest which thou canst drop into at will, Those quivering wings composed, that music still! Leave to the nightingale her shady wood; A privacy of glorious light is thine; Whence thou dost pour upon the world a flood Of harmony, with instinct more devine; Type of the wise who soar, but never roam; True to the kindred points of Heaven and Home! [pagina 51] [p. 51] Cottagetuin Een strooien hoed bedekt mijn blonde lokken terwijl ik door de zomerborders struin. Ik bind de stijve rozen aan hun stokken en heel de lucht raakt van hun geur doortrokken. Hoe heerlijk is het in mijn cottagetuin! Nu eerst mijn picknickplekje maar eens dekken... Ik snijd een sandwich zeer zorgvuldig schuin en laat de thee vandaag wat langer trekken. De appelboom werpt gele zonnevlekken als ik Earl Grey drink in mijn cottagetuin. Zelfs tuinman Bill heeft zich in shorts gestoken. Die brede tors! Wat zijn z'n dijen bruin... Aan dauw heeft het mijn perkje nooit ontbroken dus voor we loom een sigaretje roken laat ik mij nemen in mijn cottagetuin. Vorige Volgende