De Tweede Ronde. Jaargang 6(1985)– [tijdschrift] Tweede Ronde, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 37] [p. 37] Twee Caribische gedichten J. Hombergen Tintamarre Hitte balt samen de laatste stilte. Verblindend de namen, die haar materie ontvallen. De landwind rumoert als een sterfdag, gehoor vindend slechts bij vlieg, worm, dode schelp. Maar de zee, de zee is nog altijd die brede lach. Ik vertel haar weer mijn mooiste zonden. Caribe Hij houdt van messen, vrouwen. Zij van een weekend kamperen, barbecuën. Ik bekijk de kustlijn, handdoek, wapperend in de wind. Hij graaft een gat in de grond, zet het bier koud. Zij kruidt in- middels de kippepoten. Slavenmuur, kronkelend tegen de hellingen. Hij snorkelt. Ik rol de golven. Zij luistert: ‘Bedenk mijn voet, ik ben de twee levens van het eiland.’ Zachte schaduw onder kustgeboomte. Vorige Volgende