Bilderdijk fecit
Eind vorig jaar toonde Peter Verstegen mij een pentekening uit 1768 en een pastelportret uit 1771 van de hand van Willem Bilderdijk, gekocht van iemand die ze tussen de pagina's van een antiquarisch boekwerk had aangetroffen. Touchante vondst, dit werk van de respectievelijk twaalf- en vijftienjarige; een fascinerende bovendien. Want hoe ongenietelijk de dichter Bilderdijk voor het overgrote deel ook geworden is, als persoonlijkheid blijft hij boeien en als beeldend kunstenaar mag hij, letterlijk, gezien worden. In de vakliteratuur wordt hij vermeld, vooral als etser. Bilderdijk werd en wordt dus als een professional gezien, en wie de door Carel Vosmaer bijeengebrachte etsen heeft gezien, kan daar inkomen. Een meester als Vinkeles achtte zich niet te goed om ontwerpen van Bilderdijk op de plaat te brengen.
De archieven van het Bilderdijkmuseum (Vrije Universiteit) en het Letterkundig Museum beschikken over rijke collecties Bilderdijkiana die nooit integraal gepubliceerd zijn: etsen, tekeningen, pastels, kalligrafieën, architectuurschetsen, talentvolle studies van mannelijk naakt, enkele anamorfosen, rebussen, ‘boerenbedriegertjes’ (trompe l'oeil-schilderingen) en wat niet al, waarvan een groot deel meer dan enkel curiositeitswaarde bezit en waarvoor men graag het meeste van zijn literaire werk cadeau geeft. Uit het beeldende werk leert men een Bilderdijk kennen die het met een directe werkelijkheid kreeg te stellen. Zijn kokende, vaak door medicinale opiaten geteisterde innerlijk had in dit werk geen aandeel. Zijn poses - uitingen van een opgefokt superego - zijn hier op verademende wijze afwezig. Voor deze Bilderdijk vat men gemakkelijk genegenheid op.
Maar bepaald houden van de man gaat men om Hanenpoot, prentenboekje voor zijn zoontje Julius Willem, liefdevol uitgegeven door Dr. J. Bosch, conservator van het Bilderdijkmuseum (Tjeenk Willink/Noorduyn, 1977; f 11,85). Julius Willem (Hanenpoot), eerste kind van Bilderdijk en Katharina Schweickhardt (Vrouwe Bilderdijk), stierf op twintigjarige leeftijd in 1818. De overige vijf kinderen waren al eerder gestorven. In Hanenpoot vinden we Bilderdijk ‘en pantoufles’, als een vader met een mild oog voor de kinderwereld. Wat moet die man van kinderen gehouden hebben! In Hanenpoot, waarschijnlijk het eerste Nederlandse stripverhaal,