men van de natie. Beatrix verzet zich, in een toespraak voor studenten, tegen een te materialistische tijdsgeest: in een tijd waarin Europa letterlijk in tweeën is verdeeld, maar die tegelijkertijd talloze uitdagingen biedt, noemt zij passiviteit een misdaad voor de jonge intellectuelen. Zij roept hen op tot dadendrang en verantwoordelijkheid:
I'm convinced that the deed which is capable of stirring this stagnant pool of absistence and acquiescense must come from the young intellectuals. They must keep their eyes wide open to the world in which they live; they must judge it frankly and freely, independently, indeed boisterously; they must not undergo this world, they must experience it. With a full knowledge of the facts they must inspire, organise, inform and animate the thousands of younger people around them who would otherwise get lost. This, then, is our responsibility towards Europe; towards the world.
Met dit laatste voorbeeld zijn we inmiddels aangekomen bij de naoorlogse tijdschriften van het
iiav. Voor een compleet beeld van de rijkdom die het
iiav op dit gebied biedt, is het aan te raden zelf het
iiav te bezoeken, of tenminste de via Internet toegankelijke catalogus op tijdschrifttitel en/of-onderwerp te doorzoeken. Ik volsta hier met twee vrij willekeurige voorbeelden, die de omvang en variatie van het tijdschriftenaan bod kunnen illustreren. Als eerste de grote verzameling officiële en veel minder officiële tijdschriften die getuigen van de geschiedenis van de tweede feministische golf, vanaf het eind van de jaren zestig. Uiteraard behoren
Evolutie:
dwars blad van Dolle Mina en
Dolleminablad: intern maandblad van Dolle Mina tot het bezit; wie via de alfa betisch geordende open opstelling of met behulp van de catalogus (thesaurustermen) gaat zoeken vindt een wel heel bonte verscheidenheid aan tijdschriften die op een of andere wijze te relateren zijn aan de tweede feministische golf. Wat te denken van de uitgave van het Vrouwenhuis Mechelen, 't
Klapgat, waarvan het eerste nummer verscheen in 1978 en waarvan het
iiav nagenoeg alle nummers tot
op heden bezit. Andere voorbeelden uit het Nederlandse taalgebied
zijn Confetti: Regionale vrouwenkrant voor 't Gooi (1982-1989),
Mooswief: vrouwenkrant Maastricht (1978-1990), en
Koren en kaf/Vrouwenhuis Roeselare (1982-heden). En ook in internationaal perspectief is het aanbod hier buitengewoon groot, variërend van het Oostenrijkse
Auf: eine Frauenzeitschrift (1974-1997) tot
Japanese Women (Research institute of women's problems; 1961-1964; 1970-heden), of van het Amerikaanse
Off Our Backs: a women's news journal (1971-heden) via
Paris Féministe: bulletin d'informations et de liaison de la Maison des Femmes de Paris (1985-1996) tot
Scarlet Woman (The Sydney Scarlet Women Collective; 1975-heden). Niet zelden fungeerden dergelijke internationale tijdschriften als voorbeeld voor Nederlandse initiatieven; in de
iiav-collectie vindt men dit mooie vergelijkingsmateriaal (praktisch) naast elkaar.
Het tweede voorbeeld is alleen al bij wijze van contrast aardig. Onder de thesaurusterm ‘plattelandsvrouwen’ verschijnen direct titels als De Plattelandsvrouw: maandblad van de Nederlandse bond van Boerinnen en andere Plattelandsvrouwen (1990-heden), Ons