Interviews
De meeste interviews hebben het literatuuronderwijs tot onderwerp. In een enkel geval is sprake van een gesprek over het werk en leven van de betrokken schrijver. Voor het gemak van de gebruiker van het register is de alfabetische volgorde hier gericht op de geïnterviewden.
Moor, W. de, Nooit meer naar het verloren paradijs. In gesprek met P.C. Hooftprijswinnaar A. Alberts, 5/2, 7-20 |
Woerkom, M. van, ‘Ook een gedicht is maar een mens’. In gesprek met T. van Deel, 3/3, 6-15 |
Ester, H., In gesprek met Michael Ende, 4/1, 59-65 |
Maas, D., W. de Moor, Het goddelijke is te groot om te bevatten. In gesprek met Kees Fens, 6/4, 5-10 |
Poppel, T. van, Ik wil later een oude, wijze dame zijn. In gesprek met [leeskringleider] Paul de Graaff, 2/3, 16-22 |
Woerkom, M. van, Interview met [RSKV-consulent] Joop Mols over poëzie, 1/3, 7-14 |
Moor, W. de, De leraar moet zich overbodig maken, in gespek met [schoolboekenauteurs] Simon Ophof en Jan Heerze, 1/3, 39-49 |
Maas, D., Een compleet programma CKV. In gesprek met Ine Pels, 6/3, 35-41 |
Hendricks, A., In gesprek met [curriculumontwikkelaar Engels] Robert Proterough, 3/1, 28-31 |
Maas, D., The show is over, in gesprek met [docent Nederlands] Frits Roelofs, 5/4, 24-28 |
Moor, W. de, Ik fungeer natuurlijk niet als een soort vermaakcentrum. In gesprek met literatuurdocente [Nederlands] Riet Ross, 1/2, 41-47 |
Woerkom, M. van, Sirene: lonken of verlokken naar goede literatuur. In gesprek met Enny Snoeren, 4/1, 11-16 |
Moor, W. de, Vakontwikkelgroep MVT wil literatuuronderwijs dat leerlingen serieus neemt. In gesprek met voorzitter Martin Thijssen, 6/2, 22-28 |
Lierop, A. van en C. Groenenboom, Altijd een beetje een show maken van de les. In gesprek met literatuurdocent [Engels] Jan Valkenburg, 1/1, 47-56 |
Moor, W. de, In gesprek met moedertaaldidacticus Piet Hein van de Ven, 2/1, 25-37 |
Woerkom, M. en W. de Moor, Literatuuronderwijs is echt geen vrijblijvende zaak. In gesprek met literatuurdocent [Duits] Dick Volmer, 1/3, 62-66 |
Poppel, T. van, Er is meer dan er staat geschreven. In gesprek met literatuurdocent [Frans] Frank Vos, 2/2, 50-55 |
|
|