heeft gevat in een maartse bui. De afbeelding is echter al minder willekeurig. Zet dit bijna aandoenlijke tafereeltje af tegen de verhalen die we kennen uit de loopgravenoorlog. De beelden uit Im Westen nichts Neues...
De ‘eerste stap’ verwijst naar de vrede van Brest-Litovsk, die Rusland op 3 maart 1918 met Duitsland, Oostenrijk-Hongarije en Turkije had gesloten. Een stap van wereldbelang. Zo laten deze regels zich inpassen in de wereldgeschiedenis, waardoor ze opeens een fascinerende lading krijgen. Het algemene en het bijzondere vermengen zich. De lezer slaat als het ware een brug tussen de persoonlijke ervaringen van de briefschrijvers toen en de algemene lijnen in onze geschiedenisboekjes.
Hebben we niet allemaal op de middelbare school geleerd hoe er na de nederlaag in november 1918 verslagenheid heerste in Duitsland? Hoe het Duitse volk haar geloof in de politiek, en later in de Weimarrepubliek verloor? Hier staat het, in een brief van een zus van Irmgards moeder: ‘Iedereen vertrouwt op de “hoge heren”, maar daar heeft alles het laten afweten, de keizer in de eerste plaats, de regering, de Rijksdag, de hele politiek.’
En de afkeer van het socialisme? In Braunschweig werd op 7 november al naar Russisch voorbeeld een arbeiders- en soldatenraad ingesteld. Op 10 november werd de Socialistische Republiek Braunschweig uitgeroepen, die tot de komst van de rijkstroepen op 17 april 1919 zou bestaan. Uit brieven van dezelfde zus: ‘Alleen het bolsjewisme moet uitgebannen worden, dat brengt alleen maar vernietiging.’ en: ‘Wij Duitsers zijn als natie zonder trots opgevoed, alleen als onderdanen die zich braaf van bovenaf laten regeren. De burgers zijn eraan gewend dat ze geregeerd worden, terwijl de roden al twintig jaar naar de alleenheerschappij gestreefd hebben en die nu brutaal en gewetenloos veroveren...’
Als ik de abstracte schema's van de geschiedenis, zo concreet, als een terloopse klacht bijna, verwoord zie, wordt het lezen, hoewel dat ongepast voelt, toch spannend. Daarnaast treft je de vanzelfsprekendheid. De vanzelfsprekenheid waarmee deze woorden aan het papier worden toevertrouwd en de vanzelfsprekenheid die ze daardoor aan de gebeurtenissen in Duitsland verlenen. Het lijkt me dat iedere lezer, met een redelijke dosis voorkennis over de Duitse geschiedenis die twee aspecten door het hele boek heen ervaart. De spanning die ontstaat door de vermenging van Wereldgeschiedenis met het persoonlijke en de kracht van de alledaagsheid.