Tirade. Jaargang 54 (nrs. 432-436)(2010)– [tijdschrift] Tirade– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 70] [p. 70] Kate Northrop Gedichten Vertalingen van Wiljan van den Akker en Esther Jansma A place above the river The house is empty and girls go in. They drift through hours of summer. Across the river, music begins. Love, it's summer. The closed homes open. The docks are decked with lights. But further the house is empty and girls go in to light their lovely cigarettes; they listen closely to the woods. Leaves? A slowing car? Across the river, music begins. Where wives are beautiful still, and thin (in closets their dresses hang, sheer as scarves) while the house is empty and girls go in, shimmering, to swallow wodka, or gin, which burn, and to lean from where the windows were. Across the river, music begins And will part waves of air. Now. Then. The season's criminal, strict and clear. The house is empty. Girls go in. Across the river, music begins. [pagina 71] [p. 71] Een plek bij de rivier Een leeg huis. Meisjes gaan er naar binnen. Ze zwerven door zomerse uren. Bij de rivier hoor je muziek beginnen. Zomer, liefde. Mensen openen deuren. De steigers zijn met lichtjes bezaaid, maar hier staat het huis leeg en gaan meisjes naar binnen om zalig sigaretten te roken. Ze houden hun oren gespitst. Takken? Een auto die stopt in het bos? Bij de rivier hoor je muziek beginnen waar vrouwen nog mooi zijn en slank (hun jurken in kasten zijn soepele sjaals) en het huis is leeg. Meisjes gaan er naar binnen. Ze glanzen. Ze drinken brandende wodka of gin en hangen uit voormalige ramen. Bij de rivier hoor je muziek beginnen die de lucht in golven zal scheiden. Nu. Toen. Het seizoen is misdadig, helder en streng. Een leeg huis. Meisjes gaan er naar binnen. Bij de rivier hoor je muziek beginnen. [pagina 72] [p. 72] Brides They must vanish of course who go early to the arms of grooms. They must take weight, who were momentarily briljant, crepuscular even, shining - through a meadow, a window, a promise. When the sun sets over the desolate beach, the brides follow each other, one by one, into the slow heave of the ocean. They slide out of their gowns, escape questions. The wind picks up; it billows the fabric, lifts their perfect veils. And the surface? The surface is sweet. It remembers them. It closes over their delicate motions. [pagina 73] [p. 73] Bruiden Vanzelfsprekend moeten ze verdwijnen als ze vroeg in de armen van bruidegoms vallen. Ze moeten zwaarder worden, zij die heel even glansden, schitterden, doorzichtig waren - door een weiland, een venster, een belofte. Als de zon daalt over het verlaten strand volgen de bruiden elkaar een voor een de trage deining van de zee in. Ze glijden uit hun jurken, ontsnappen aan vragen. De wind wakkert aan en bolt de stof, tilt hun volmaakte sluiers op. En het oppervlak? Het lieflijke oppervlak weet wie ze zijn. Het sluit zich boven hun sierlijk bewegen. Vorige Volgende