Tirade. Jaargang 47 (nrs. 398-401)(2003)– [tijdschrift] Tirade– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 22] [p. 22] Over de kunstpolitiek Fouad Laroui ik leefde in een land waar het kunstbeleid duidelijk was kunstenaars moesten we niet hebben welgeteld hadden we twee schilders beide moesten het land verlaten de ene ging naar het Oosten werd daar door de religie gegrepen zijn kwasten zette hij voorgoed neer de ander ging naar het Westen reisde wandelde zwierf kon het licht niet vinden in de winter ging dood van de honger op een bank in Parijs welgeteld hadden we twee dichters de ene mocht blijven de ander verdween de ene werd dikker en dikker (ik heb het over zijn pens niet over zijn bundels). de koning kon niet in slaap vallen voordat zijn nar naast zijn bed kwam dichten hij roemde de koning kreeg restanten eten werd dikker en dikker [pagina 23] [p. 23] de ander werd mager en mager totdat hij doodging in de gevangenis hij had de koning beledigd in een gedicht Heren dat noem ik een land waar poëzie serieus wordt genomen welgeteld hadden we twee schrijvers de ene schreef in een vreemde taal (niemand kon hem verstaan) de ander in de taal van de koning (niemand kon het lezen) beiden kregen geld en lintjes en Peugeotjes Heren dat noem ik nu kunstbeleid! Vorige Volgende