terwijl onze literatuur nauwelijks een rol van betekenis in de wereld speelt. De gulden is effectiever dan het Algemeen Beschaafd Nederlands, want er zijn geen dialecten die hem onwerkbaar maken. Het is gemakkelijker om de historische ontwikkeling van de gulden vanaf de middeleeuwen te traceren dan die van het Nederlands. De Nederlandse economie onderscheidde zich sneller van het buitenland dan de Nederlandse letterkunde, waarvan de oorsprong duister blijft, maar waardoor de literatuurgeschiedenis, met name de mediëvistiek, zo spannend is.
Over een maand vindt in Amsterdam de halfjaarlijkse Eurotop plaats, de zoveelste in een lange rij waarvan het einde nog niet in zicht is. Zeker is dat de Europese regeringsleiders ook daar zullen proberen nieuwe besluiten te nemen over maar één ding: verdergaande politieke en economische integratie van Europa. Zeker is ook dat de resultaten van die voortschrijdende besluitvorming grote gevolgen zullen hebben voor de lezers van Tirade (en uiteraard, om redenen die wij niet onder controle hebben, voor nog veel meer niet-lezers ervan). Immers, wat betekent het persoonlijk sentiment nog, dat gevormd werd door de herkomst, gekleurd door de omgeving en uitgedrukt in de landstaal nu de grenzen vervagen en ‘herkomst’, ‘omgeving’ en ‘landstaal’ begrippen van nostalgie worden, die in de toekomst om steeds meer uitleg zullen vragen? En waar tegelijkertijd steeds meer behoefte aan zal ontstaan, want nostalgie is een sterk sentiment, gevaarlijk ook, dat is maar al te vaak gebleken. Wat het hoofd bedenkt kan het hart zelden verdragen.
Naast trivialisering, teweeggebracht door de massa-consumptie, zal Europese besluitvorming van toenemende invloed zijn op Nederland en daarmee op ons landschap, ons gedrag, onze cultuur en literatuur. Een weg terug lijkt er intussen niet te zijn maar in tegenstelling tot de koeien en de varkens schijnen (Nederlandse) literatoren daar vooralsnog geen last van te hebben. Moeten wij die toenemende buitenlandse invloed toejuichen of is scepsis op zijn plaats? Moeten we dus voor of tegen die verdergaande integratie van Europa zijn? Voor beide standpunten lijkt veel te zeggen.
‘Europa’ neemt in de Nederlandse literatuur nauwelijks plaats in. Kunstenaars laten zich niet graag een onderwerp dicteren, zeker geen onderwerp als ‘Verenigd Europa’ dat vooralsnog een leeg symbool is. Zolang het idee ‘Europa’, deze mythologische gestalte, niet persoonlijk