Tirade. Jaargang 39 (nrs. 356-361)(1995)– [tijdschrift] Tirade– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 166] [p. 166] Eva Gerlach Waar hij liep 1. Het was niet zo dat wij de weg kwijt waren, eerder was de weg ons kwijt, wij hadden hem al lang verlaten. Keken nog om hoe hij licht en zeker met een bedoeling tussen de bomen omhoogging maar algauw werd hij vaag en hoewel wij telkens in ons hoofd hem neelegden daar gaat hij, zo komen wij terug werd dat vanzelf steeds minder. [pagina 167] [p. 167] 2. De weg die het oog neemt naar iemand die staat in de verte, hij zet zijn benen een beetje uit elkaar, zijn knokkels op zijn heupen, hij heeft een heel klein hoedje op en hij houdt zijn hoofd naar het stoplicht; iemand rekt zich uit met zijn keel naar het licht. Krimpt het oog nu, leest het ‘Donuts’, ‘Burgers’. Vorige Volgende