Het zou, alleen al om de tegenstrijdigheid tussen al die standpunten, onmogelijk zijn om in mijn persoonlijk leven die standpunten consequent te volgen. Alle kunstenaars die ik bewonder zijn individualisten, elitisten, egoïsten.
Dit is het argument van de vrijblijvende columnist. Ik hou er niet van.
Ik ben columnist en het is mijn taak de heersende klasse te irriteren en bang te maken. Die klasse is als de dood voor het socialistische ideaal, omdat ze dan hun privileges verliezen. Ze vinden het des te erger als ik, in het bezit van diezelfde privileges, zulke standpunten inneem.
Dit is het argument van de epaterende columnist. Ik hou er niet van.
Ik handel niet in overeenstemming met mijn principes, maar dat kan nu eenmaal niet, omdat ik in een bepaalde maatschappij woon. Wie zou ik helpen als ik op straat ging slapen? En dat zou toch moeten als ik niet het gemiddelde inkomen van de Nederlander maar het gemiddelde inkomen van de wereldburger ga aannemen.
Dat is het argument van de overheersing door de omstandigheden. Ik hou er niet van.
Ik handel niet in overeenstemming met mijn principes, maar dat komt nog wel. Mijn propaganda voor het socialistische ideaal is vooral op mijzelf gericht. Als ik werkelijk overtuigd ben, dan zal ik er ook naar handelen en Jezus Christus en Albert Schweitzer volgen op hun belachelijke pad.
Dat is het argument van het wachten op het juiste moment. Ik hou er niet van.
Elk van deze zes antwoorden overtuigde misschien de persoon, die mij de gewetensvraag stelde, maar mij niet. Ik sta eenvoudig met mijn mond vol tanden, en omdat ik columnist ben bijt ik met die tanden in mijn gesprekspartner. Die is zelf geen socialist, dus begrijpt mij heel goed, of die is zelf socialist en doet net als ik.
Het feit blijft, en daar heb ik geen verwijtenmaker voor nodig, dat ik niet principieel ten uitvoer breng wat ik vind dat zou moeten gebeuren. Dat is met het socialisme ook moeilijk, want dat is geen individueel gedrag. Een vegetariër kan rustig in zijn eentje geen vlees meer eten, want niemand heeft daar last van. Een vegetariër doet zonder gewetensnood zijn inkopen bij een winkel die ook vlees verkoopt. Voor een socialist is het een kwestie van alles of niets. Aangezien het niet alles is, is het dus: niets. Daarom zijn socialisten ook zulke zeurige, verdrietige, negatieve, ongelukkige mensen. Niet het soort vrolijke doordouwers waar een menigte graag achteraanholt.