Tirade. Jaargang 15 (nrs. 163-172)(1971)– [tijdschrift] Tirade– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 627] [p. 627] [Gedichten] Morgen zie ik je weer voor Joke Zij zou zo stil als wij niet zitten, hier, met alles wat zij langer heeft gezien. Het staat nog op haar plaats, er is nog niets veranderd. Alleen de ramen al wat vuiler. Kringen, lege glazen op mahonie- hout. Alleen de tuin zo wild en vol gegroei. Alleen geen vlees, dat suddert op het oliestel. Ja hij spaart ons en hij redt ons, hij kent onze broze kracht. Het zand en de eerbied en niemand, niemand die haar helpen kan. We zien het, maar begrijpen niet; de bomen weer ondraaglijk groen. Wat kan er meer gebeuren, dan dit. T. van Deel [pagina 628] [p. 628] Camping Als het licht uit alle dingen wijkt, en de ribbelige wolken lijken stil te staan, het waait niet meer, ze kunnen niet vooruit, als de berk een licht wordt op ons pad, het bos steeds voller raakt met bomen en een wandelaar zacht zingend, maar steeds luider, voortgaat, maar steeds harder, want waar verdwijnt is hopeloos bewegen, wat open lag groeit dicht en op de camping straalt het neonlicht vreemd en verheven. De dag zal komen dat alles hierna voorbij zal zijn. T. van Deel Vorige Volgende