historisch belang registreert. Met het kleinbedrijf, de kleine winkelstand en de kleine boerenstand gaat de kleine uitgever verdwijnen, de man van smaak, van durf en soms van visie, die met risico's en ook met stroppen een auteur ‘bracht’ en vaak een leven lang aan zich bond ook. Uitzonderingen en zonderlingen zullen er blijven, maar van hen kan een heel bestel niet afhangen.
Zoals nu al gebeurt, kan met overheidssubsidies het uitgeven van onrendabel werk worden gesteund, maar ook dat zal geen panacee zijn voor een kwaal, die een gevolg is van een op zichzelf toe te juichen marktontwikkeling en die als een prijs voor de massale welvaart geboekt moet worden. Wel een oplossing zal zijn de produktie van het literaire boek, van een fragment levende kultuur dus, radikaal uit de markt te tillen en binnen een eigen bestel met eigen kriteria te brengen. En hier zie ik een taak voor onze Staatsuitgeverij, die als een goed geoutilleerd apparaat al bestaat, maar die ook opereert volgens moeilijk te traceren en misschien nergens vastgelegde maatstaven.
Niet dat ik van het uitgeven van literair werk een staatszaak wil maken die door staatsambtenaren wordt afgewikkeld. Integendeel, een kulturele aangelegenheid hoort in handen van kultuurdragers te liggen. Wat ik beoog is een uitbreiding van het werk van het ook al bestaande en, naar ik als belanghebbende mag zeggen, niet onbevredigend funktionerende Fonds voor de Letteren. Dit fonds zal op korte termijn een speciaal budget moeten krijgen voor het doen uitgeven van literair en literair-historisch waardevol werk, waar voorlopig op de markt geen plaats voor is. Een instantie van het geheel autonoom te maken fonds is dan verantwoordelijk voor de selektie en besteedt het drukken en uitgeven op een normale kostenbasis uit aan de Staatsuitgeverij. De oplaag blijft beperkt en herdrukken zijn niet mogelijk. Heeft een dergelijke uitgave sukses, is er een gekonstateerde afzetmogelijkheid of een te vermoeden markt voor, dan wordt het werk overgedaan aan een partikuliere uitgever die er belang in stelt en met wie over de prijs wordt onderhandeld; uiteraard in overleg met de auteur. De bedongen prijs wordt in het fonds teruggestort, dat er te meer armslag door krijgt.
Het fonds werkt dus in dit opzicht uitsluitend op basis van de literaire waarde en het kulturele belang en blijft daarnaast ook stipen-