Tirade. Jaargang 8 (nrs. 85-96)(1964)– [tijdschrift] Tirade– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 746] [p. 746] [Gedichten van Rutger Kopland] Wandeling met B. Ze zegt dat is de wind en ze wijst naar het wuivende gras en van een lichte plek op de weg zegt ze dit is de zon alsof ze de schepping begon maar als ik met mijn eigen ogen kijk waar de zon en de wind waren zie ik dat ze niet verder komt dan mijn knieën onuitputtelijk groeit dagelijks uit mijn voeten de reus uit mijn eigen verhaal dat langzaam doorzichtig wordt als een morgen in de nevel zevenmijlslaarzen schuiven mee gaandeweg over sporen die ik verloren waande de kleine harde kiezelstenen van kleinduimpje. Rutger Kopland [pagina 747] [p. 747] Het paard Zij draagt de zware vleespartijen moe door de schemerige weiden tot ze verdwijnt grijs in grijs tussen hemel en aarde uitgediend amen maar in een nacht heb ik gezien dat ze rolde door het gras snuivend alsof ze door de duivel bestegen trappend zich trachtte te bevrijden en 's morgens slecht geslapen aan het hek de kop boven de haverbak kruimels om de bek de manen verward de oogleden halverwege bolle beslagen ruiten. Rutger Kopland [pagina 748] [p. 748] Eden Vanaf de dijk met een glas bier kijkend in de tuinen van het gehucht wist ik weer dat het ongeveer als hier was als toen de zon hoog in een even nevelige lucht stond en ook in deze populieren was geen wind en rood glanzend en afgerond vielen appels met zachte ploffen uit de bomen in het gras tussen de doodstille grove hemden de enige tekenen van leven. Rutger Kopland [pagina 749] [p. 749] De kalkoenen De kalkoenen geven de tuin van onze buren waar zij de feestdagen van december komen doorbrengen de allure van een oude engelse gravure hoewel grijze dames met bestorven rode tranen van een zeer voornaam verdriet aan hun hoofd zijn zij nog nieuwsgieriger dan de kippen waarover zij elkaar omzichtig stappend over de paden voortdurend lijken te vermanen: remember you'r a turkey dear. Rutger Kopland Vorige Volgende