Tijdschrift van het Willems-Fonds. Jaargang 6

Algemeen Bestuur van het Willems-Fonds.

De volgende verzoekschriften werden door het Algemeen Bestuur tot den Heer Minister van Binnenlandsche Zaken en Openbaar Onderwijs gericht:

Hooggeachte Heer Minister,

Wij vernemen dat het toezicht over het onderwijs in de muziek in de middelbare gestichten voorloopig toevertrouwd is aan iemand die het Nederlandsch niet kent. Daar echter dit onderwijs in de Vlaamsche scholen door het Nederlandsch moet gegeven worden en ook reeds grootendeels gegeven

[p. 316]

wordt, zijn wij zoo vrij U te verzoeken het toezicht alleen toe te vertrouwen aan iemand die het met volle bevoegdheid kan uitoefenen.

Wij verblijven met verschuldigden eerbied

Uw nederige dienaren,

Namens het Algemeen Bestuur van het Willems-Fonds:

G.D. Minnaert, Voorzitter.

J. Vercoullie, Secretaris-Schatmeester.

Gent 26 Augustus 1901.

Hooggeachte Heer Minister,

In verschillende Vlaamsche meisjesnormaalscholen is het Fransch de voertaal voor de meeste vakken. De schoolmannen echter zijn van oordeel dat dit schadelijk is voor het onderwijs hetwelk alzoo gevormde normalisten later in de volksschool zullen geven.

Daarom durven wij U vragen, dat het U gelieve voor te schrijven dat het Nederlandsch in deze normaalscholen de voertaal moet zijn, althans voor de vakken die de toekomstige onderwijzeressen later zelf door het Nederlandsch zullen te onderwijzen hebben, bepaaldelijk de geschiedenisen de natuurlijke wetenschappen.

Wij verblijven met eerbiedige hoogachting

Uw nederige dienaren,

Namens het Algemeen Bestuur van het Willems-Fonds:

G.D. Minnaert, Voorzitter.

J. Vercoullie, Secretaris-Schatmeester.

Gent, 26 Augustus 1901.