het Willems-Fonds, reeds zoo goed befaamd onder den naam van Brugsche Quartett-Kapel.
De tweede greep plaats op 50 Maart 1898, met, als spreekster Mev. Regina Cortebeeck, van Brussel; als zangers, Mev. G. Seligman en den heer G. Parmentier, van Gent, als solisthoboïst, den heer G. Carlier, en nogmaals ons steeds gedienstig quartett.
Beide feesten gelukten uitmuntend en lokten een zoo geestdriftig als talrijk publiek. Om de gulle en kunstrijke medewerking aan allen den hartelijksten dank.
Dameszittingen. - Er was dit jaar eene beginnende neiging tot verval in de bijwoning dezer vroeger zoo druk gevolgde feesten. Het bestuur heeft zelfs een oogenblik gedacht ze door iets anders te vervangen. Zij waren ten getale van twee, als voorgaandelijk en beide zeer verzorgd.
De eerste greep plaats op 7 Maart 1898 met de hooggeschatte medemerking van den heer Medard Verrest die zijne voordracht: Oude liedjes zijn de beste zoo inrichtte dat ze tevens tot concert diende en hij, beide als zanger en als spreker, eenen ongemeenen bijval inoogstte.
De tweede was een puik kunstfeest dank zij de buitengewone medewerking van een declamator als den Heer Van den Heuvel, den geliefden kunstenaar van het Gentsche Nederlandsch tooneel. Hij droeg op eene wijze, die den weg naar alle harten vond, een tiental stukken voor, deels van eigen schepping, deels uit de beste dichters, en werd dus niet min als schrijver dan wel als voordrager uitbundig toegejuicht.
Deze twee avonstonden behooren tot de beste van dien aard, die door onze afdeeling werden ingericht en leggen ons voor hen aan wie we ze verschuldigd zijn, eenen aangenamen plicht op van warme dankbaarheid.
Hier mag nog vermeld worden dat op 15 November ll. de Van Maerlantszonen onze leden uitnoodigden op een lieve con-