Tijdschrift voor Communicatiewetenschap, jrg. 32, nrs. 1, 2 & 3.
In het eerste nummer van deze jaargang staan artikelen van James R. Taylor over de vraag of de studie van communicatie in organisaties een academische discipline is, Peter Nikken over de manier waarop ouders hun kleine lieverds in hun computeractiviteiten kunnen volgen, begeleiden en beschermen, Joke Oppenhuisen over de criteria die worden aangelegd bij de radio- en televisiezenderprofilering, Dave Gelders over de voorwaarden voor de communicatie over beleid dat nog niet als beleid is aanvaard, DianeVerstegen en Hans Hoeken over de retorische, inhoudelijke en formele, verschillen tussen reclames voor kinderspeelgoed voor de verschillende seksen (of beide) en Jo Bardoel over de vraag in hoeverre de macht van de media ook verantwoordelijkheid met zich meebrengt. Naast andere boekbesprekingen is er een bespreking van Gisela Redeker van de bundel Tussenstand. 25 jaar Tijdschrift voor Taalbeheersing onder redactie van Frans van Eemeren, Paul van den Hoven, Carel Jansen en Peter Jan Schellens, alsmede van Bedrijfscommunicatie II onder redactie van Corine van den Brandt en Margot van Mulken.
In nummer 2 doen Koos Nuijten, Paul Hendriks Vettehen en Anouck Storms verslag van onderzoek naar het sensatiegehalte van het Nederlandse televisienieuws tussen 1995 en 2001 (inderdaad, er is een toename), onderzoeken Eva Reijmersdal, Peter Neijens en Edith Smit de invloed op de aandacht en waardering van de lezer van het ontwerp van themarubrieken en advertorials en van het tijdschrift waarin ze verschijnen, gaat Marold Miesen na welke verkoopstrategieën uitgevers en boekverkopers ontwikkelen om nog meer fictie aan hun potentiele klanten te slijten, onderzoeken Christ'l de Landtsheer het persoonlijkheidsprofiel van de kopstukken van de tweede Paarse regering, Kok, Borst en Jorritsma, zoals dat in de Nederlandse media werd gevormd en vermoedt Cees van Woerkum inaugureel dat de communicatie in organisaties zal verbeteren als men de communicatie beziet vanuit de context van de participanten.
Nummer 3 bevat artikelen van Marianne van den Bosch en Paula Zweekhorst over het belang van communicatiemanagement, Peter Thijssen over de invloed (impact) van ver- kiezingsdebatten op de toehoorder, Jeremi van Gorp over de frequentie waarmee kinderen en jongeren in televisieprogramma's te zien zijn, Claudia Nunn, Oscar Peters en Ard Heuvelman over de waardering voor en de effecten van lokale televisie, Jeroen de Kloet en Joram van Donk over de makers van Nederlandse documentaires over multiculturaliteit en Anneke Smelik (inaugureel) over seculiere spiritualiteit en visuele cultuur.
Peter Houtlosser