| |
| |
| |
Bibliografie juridische argumentatie E.T. Feteris
Deze bibliografie bevat een overzicht van publikaties over juridische argumentatie die verschenen zijn in de periode 1970-1987. Gezien de beschikbare ruimte was het uiteraard niet mogelijk een volledig overzicht te geven. Geprobeerd is een verantwoorde selectie te maken van publikaties uit verschillende disciplines zoals rechtsfilosofie, rechtstheorie, taalbeheersing, taalkunde en taalfilosofie. Opgenomen zijn (congres)bundels, monografieën, artikelen en praktische boeken. De annotaties zijn zo beknopt mogeljk gehouden. Voor een uitgebreider overzicht van literatuur over juridische argumentatie en juridische communicatie wordt verwezen naar de Bibliografie recht en taal (ongepubliceerd) van E.T. Feteris.
Gebruikte afkortingen: |
ARSP |
Archiv für Rechts-und Sozialphilosophie |
NTRR |
Nederlands Tijdschrift voor Rechtsfilosofie en Rechtstheorie |
TT |
Tijdschrift voor Taalbeheersing |
Aarnio, A. 1977 |
On legal reasoning. Turku: Turnun Yliopisto. |
In het eerste deel van dit boek behandelt de auteur de rol van argumentatie bij de rechtvaardiging van rechterlijke beslissingen, waarbij argumentatie wordt opgevat als een methode om uitspraken voor een bepaald auditorium aanvaardbaar te maken. In het tweede deel gaat hij in op de interpretatie van juridische regels en de rol van juridische uitspraken als een specifieke vorm van normatieve evaluaties. |
|
Aarnio, A., I. Niiniluoto, J. Uusitalo 1981 |
Methodologie und Erkenntnistheorie der juristischen Argumentation. Rechtstheorie, Beiheft 2. Beiträge des Internationalen Symposiums ‘Argumentation in legal science’ vom 10. bis 12. Dezember 1979 in Helsinki. |
Bundel met rechtstheoretische bijdragen aan een symposium over de grondslagen van de juridische argumentatie. Met bijdragen van o.m. A. Aarnio, I. Niiniluoto, N. MacCormick, J. Uusitalo,O. Weinberger, R. Alexy, A. de Wild, F. Lachmayer, A. Peczenik, W. Krawietz. |
|
Alexy, R. 1978 |
Theorie der juristischen Argumentation. Die Theorie des rationalen Diskurses als Theorie der juristischen Begründung. Frankfurt a.M.: Suhrkamp. |
In dit boek ontwikkelt de auteur een theorie over de rationaliteit van juridische en niet-juridische ‘praktische discoursen’ waarin normatieve uitspraken gerechtvaardigd worden. In het eerste deel behandelt hij zijn ‘theorie van het algemene rationele praktische discours’. Vanwege de specifieke eisen die in het recht voor de rechtvaardiging van normatieve uitspraken gelden, wordt deze theorie in het tweede deel voor juridische discoursen aangevuld met regels en die de rationaliteit van juridische discoursen moeten garanderen. |
| |
| |
Cox, J.R., M.O. Sillars, G.B. Walker (eds.) 1985 |
Argument and social practice. Proceedings of the fourth SCA/AFA conference on argumentation. Annandale, VA: Speech Communication Association. |
Bundel met lezingen gehouden op het argumentatiecongres van de SCA/AFA. De lezingen over het thema juridische argumentatie zijn afkomstig van D.S. Werling en R. Rieke, K. Snedaker en J. Schuetz. |
|
Eemeren, F.H. van, E.T. Feteris, R. Grootendorst, T. Kruiger 1987 |
Argumenteren voor juristen. Het analyseren en schrijven van juridische betogen en beleidsteksten. Groningen: Wolters-Noordhoff. |
Praktische cursus waarin behandeld wordt hoe het interpreteren, ontleden, beoordelen en schrijven van juridische betogen en beleidsteksten in de praktijk verbeterd kan worden. Met voorbeelden en oefeningen die ontleend zijn aan de juridische praktijk. |
|
Eemeren, F.H. van, R. Grootendorst, J.A. Blair, C.A. Willard (eds.) 1987 |
Argumentation: analysis and practices. Proceedings of the conference on argumentation 1986. Dordrecht: Foris. |
Bundel met lezingen gehouden op het argumentatiecongres te Amsterdam. De bijdragen over het thema juridische argumentatie zijn afkomstig van T.J. Hynes Jr., J.W. Dellapenna en K.M. Farrell, A. Soeteman, K. Waaldijk, T.M. Seibert, M. Henket, R.W. Buchanan, P. Riley en T.A. Hollihan en K.D. Freadhoff, L.R. Champ. |
|
Esser, J. 1979 |
Juristisches Argumentieren im Wandel des Rechtsfindungskonzepts unseres Jahrhunderts. Heidelberg: Winter. |
In deze lezing betoogt de auteur dat een rationele rechtsvindingsmethode een combinatie moet vormen van een normatief-idealistische benadering die uitgaat van een syllogistische wetstoepassing en zich baseert op uitgangspunten van de dogmatiek en een casuïstisch-pragmatische benadering die uitgaat van een waardering van het concrete geval en gebruik maakt van uitgangspunten van de topiek. |
|
Feteris, E.T. 1985 |
‘Redelijkheidsvoorwaarden en discussieregels in juridische en niet-juridische argumentatieve discussies’. In: TT jrg. 7, nr. 3, p. 212-225. |
In dit artikel worden discussieregels die in normatieve argumentatietheorieën ontwikkeld zijn en de preliminaire redelijkheidsvoorwaarden die hieraan ten grondslag liggen vergeleken met juridische regels van procesrecht waaraan algemene beginselen van behoorlijke rechtspraak ten grondslag liggen. |
|
Golding, M.P. 1984 |
Legal reasoning. New York: Knopf. |
Op de praktijk gericht boek over de analyse en beoordeling van juridische argumentatie. Na een theoretische inleiding over de logische vorm van juridische argumentatie en de verschillende soorten juridische argumenten volgen voorbeeldanalyses van rechterlijke beslissingen. |
|
Hassemer, W., A. Kaufmann, U. Neumann (Hrsg.) 1980 |
Argumentation und Recht. Vorträge auf der Tagung der deutschen Sektion der Internationalen Vereinigung für Rechts- und Sozialphilosophie (IVR) in der Bundesrepublik |
| |
| |
Deutschland, München 3.9-6.9 1978. ARSP, Beiheft Neue Folge Nr. 14. Wiesbaden: F. Steiner. |
Bundel met bijdragen aan een symposium over de grondslagen van de juridische argumentatie, de reconstructie van juridische argumentatie en de analyse van juridische argumentatie. De bijdragen zijn afkomstig van E. Tugendhat, O. Höffe, H.J. Koch, H. Rottleuthner, U. Schroth, A. Büllesbach, W. Gast, T.M. Seibert, R. Alexy, W. Schild. |
|
Henket, M., T. Kruiger 1984 |
‘De deugdelijkheid van juridische argumentatie’. In:NTRR jrg. 13, afl. l, p. 50-70. |
In dit artikel gaan de auteurs na welke betekenis het criterium van logische geldigheid in de juridische argumentatietheorieën van R. Alexy en Ch. Perelman als rationaliteitscriterium vervult en in hoeverre deze theorieën een basis leveren voor een rationele argumentatietheorie. |
|
Hoven, P. van den 1986 |
‘De dubbelrol van de geschilbeslechter’. In: TT jrg. 8, no. 4, p. 298-306. |
In dit artikel wordt betoogd dat de Sociaal Economische Raad als beslechter van geschillen een dubbelrol vervult omdat hij argumentatief gezien binnen de geschilsituatie de rol van antagonist vervult en extern een standpunt inneemt over de wijze waarop dergelijke discussies gevoerd moeten worden. |
|
Kalinowski, G. 1983 |
‘Logique juridique. Conceptions et recherches’. In: Rechtstheorie, Band 14, nr. l, p. 1-17. |
De auteur geeft in dit artikel een overzicht van de drie verschillende visies op de juridische logica: de theorie van I. Tammelo over regels voor geldige logische gevolgtrekkingen, de theorie van Schickhardus over de regels voor juridische interpretatie en de theorie van Perelman over de retorische regels voor overtuigen en overreden bij het juridisch argumenteren. |
|
Koning, W.K.B. (red.) 1985 |
Taalbeheersing in theorie en praktijk. Lezingen van het VIOT-taalbeheersingscongres gehouden op 28, 29 en 30 augustus 1984 aan de Katholieke Hogeschool Tilburg. Dordrecht: Foris. |
Bundel met de bijdragen aan het VIOT-taalbeheersingscongres. De bijdragen over het thema juridische argumentatie zijn afkomstig van A. Soeteman, M. Henket en E.T. Feteris. |
|
Krawietz, W.,R. Alexy (Hrsg.) 1983 |
Metatheorie juristischer Argumentation. Berlin: Duncker & Humblot. |
Juridische argumentatie wordt door de auteurs opgevat als de kern van de rechtspraktijk, dogmatische rechtswetenschap en juridische methodenleer. Het is de taak van de juridische argumentatietheorie de omgang met het geldende recht op argumentatieregels terug te voeren. Met bijdragen van A. Aarnio en R. Alexy en A. Peczenik, J. Broekman, E. Pattaro, R.S. Summers, O. Weinberger, J. Wróblewski. |
|
MacCormick, N. 1978 |
Legal reasoning and legal theory. Oxford: Oxford University Press. |
In dit boek ontwikkelt de auteur een rationaliteitsopvatting voor juridische argumentatie waarin hij zich op het standpunt stelt dat bij de rechtvaardiging van rechterlijke beslissingen twee niveaus onderscheiden moeten worden. Bij de interne rechtvaardiging zal gebruik gemaakt moeten worden van deductief geldige redeneringen. Bij de externe rechtvaardiging moet gebruik worden gemaakt |
| |
| |
van argumentatieschema's zoals consequentionalistische, coherentie- en consistentie argumentaties. |
|
Neumann, U. 1986 |
Juristische Argumentationslehre. Darmstadt: Wissenschaftliche Buchgesellschaft. |
In dit boek behandelt de auteur de bijdrage van de juridische argumentatietheorie aan het rechtstheoretisch onderzoek. Aan de orde komen o.m. de logische benadering van juridische argumentatie, de topisch-retorische benadering, de theorie van het praktische discours en complexe modellen voor juridische argumentatie. |
|
Peczenik, A. 1983 |
Grundlagen der juristischen Argumentation. Wien etc.: Springer. |
De auteur betoogt dat een juridische argumentatietheorie over de rechtvaardiging van juridische redeneringen dient te bestaan uit een theorie over transformaties (niet-deductieve gevolgtrekkingen) waarbij waardeoordelen uit normatieve en descriptieve uitspraken worden afgeleid voor de interne rechtvaardiging, en uit een theorie over algemene rationaliteitscriteria voor de externe rechtvaardiging. |
(Engelse editie: The basis of legal justification. Lund 1983) |
|
Perelman, Ch. 1976 |
Logique juridique. Nouvelle rhétorique. Paris: Dalloz. |
De auteur verdedigt in dit boek het standpunt dat de formele logica geen geschikt instrument vormt voor de rechtvaardiging van normatieve oordelen zoals die ook in het recht gegeven worden. Aan de hand van een analyse van juridische redeneringen ontwerpt hij een juridische logica die volgens hem een bijdrage kan leveren aan de ontwikkeling van een algemene argumentatietheorie over de wijze waarop praktische beslissingen voor een publiek aanvaardbaar gemaakt kunnen worden. |
(Duitse vertaling: Juristische Logik als Argumentationslehre, 1979, Freiburg etc.: K. Alber, Nederlandse vertaling: Juridische logica als leer van de argumentatie, 1979, Antwerpen etc.: Standaard) |
|
Rieke, R.D. 1982 |
‘Argumentation in the legal process’. In: J.R. Cox, C.A. Willard (eds.), Advances in argumentation theory and research. Carbondale etc.: Southern Illinois University Press, p. 363-376. |
In deze bijdrage geeft de auteur een overzicht van recent communicatiewetenschappelijk en taalwetenschappelijk onderzoek naar de praktijk van het juridisch argumenteren. Hij bespreekt o.m. retorische analyses van juridische argumentatie, experimenteel onderzoek naar factoren die van invloed zijn op het oordeel van een jury, de communicatie tussen advocaat en cliënt. |
|
Soeteman, A. 1981 |
Norm en logica. Opmerkingen over logica en rationaliteit in het normatief redeneren met name in het recht. Proefschrift Leiden. Zwolle: Tjeenk Willink. |
De auteur onderzoekt welke betekenis de formele logica heeft voor de rationaliteit van het normatief redeneren. Na een bespreking van de moderne logica, opvattingen over een inductieve logica en opvattingen over de noodzaak van niet-formele argumentatietechnieken geeft hij aan waarom een deontische logica van belang is wanneer bij normatief redeneren, zoals het juridisch redeneren, aanspraak wordt gemaakt op rationaliteit. |
| |
| |
Soeteman, A., P.W. Brouwer (red.) 1982 |
Logica en recht. Zwolle: Tjeenk Willink. |
Bundel met voordrachten gehouden tijdens een symposium over het thema logica en recht. Met een inleiding van de redacteurs en bijdragen van A.H. de Wild, P.W. Brouwer, A. Soeteman, Ch. Perelman waarin zowel voor als tegen het belang van een formele logica voor de constructie van juridische redeneringen gepleit wordt. Met een nabeschouwing van J.F.A.K. van Benthem. |
|
Struck, G. 1977 |
Zur Theorie juristischer Argumentation. Berlin: Duncker & Humblot. |
Rechtstheoretische studie over een normatieve argumentatietheorie als basis voor een juridische methodenleer. De auteur is van mening dat noch empirische beschrijvingsmodellen (Toulmin, topiek), noch normatieve beoordelingsmodellen uit de kennistheorie (logica, kritisch rationalisme, hermeneutiek) en uit de maatschappijtheorie (marxisme, Habermas, Erlanger Schule) een geschikt instrument vormen voor de beoordeling van de rationaliteit van juridische argumentatie en geeft aan waarom de sociale topiek en de retorica wel een geschikt instrument vormen om de overtuigingskracht van uitspraken te bepalen. |
|
Viehweg, Th. 1972 |
‘Notizen zu einer rhetorischen Argumentationstheorie der Rechtsdisziplin’. In: H. Albert, N. Luhmann, W. Maihofer, O. Weinberger (Hrsg.) Rechtstheorie als Grundlagenwissenschaft der Rechtswissenschaft Jahrbuch für Rechtssoziologie und Rechtstheorie, Band II. Düsseldorf: Bertelsmann, p. 439-446. |
De schrijver gaat in deze bijdrage in op de logische, retorische en semiotische aspecten van het juridische redeneren die in een juridische argumentatietheorie behandeld zouden moeten worden. |
|
Wenzel, J.W. (ed.) 1987 |
Argument and critical practices. Proceedings of the fifth SCA/AFA conference on argumentation. Annandale, VA: Speech Communication Association. |
Bundel met bijdragen aan het argumentatiecongres van de SCA/AFA. De bijdragen over het thema juridische argumentatie zijn afkomstig van R.K. Stutman, K.H. Snedaker, R.A. Parker, E.T. Feteris. |
|
Ziegelmueller, G., J. Rhodes (eds.) 1981 |
Dimensions of argument. Proceedings of the second summer conference on argumentation. Annandale, VA: Speech Communication Association. |
Bundel met bijdragen aan het argumentatiecongres van de SCA/AFA. De bijdragen over het thema ‘Legal argument as a field’ zijn afkomstig van R.D. Rieke, D.M. Rohrer, W.L. Benoit, D.A. Ling, M.J. Parker, N. Dunbar en M. Cooper, C.B. Shafer, K.W. Salter, J. Schuetz. |
|
|