|
| |
| |
| |
Tijdschriften.
Onze Eeuw. Maandschrift voor Staatkunde, Letteren, Wetenschap en Kunst, onder redactie van P.J. Blok, P.D. Chantepie de la Saussaye, G.F. Haspels, E.B. Kielstra, K. Kuiper, Jhr. H. Smissaert en J.D. van der Waals Jr. Haarlem, de Erven F. Bohn.
In de Juli-aflevering geeft Prof. Dr. P.J. Blok een overzicht van de gebeurtenissen bij Quatre-Bras en Waterloo. De heer G.F. Haspels vervolgt zijn roman ‘David en Jonathan’. Fenna de Meijier levert een essaij over Romain Rollands ‘Jean Christophe’. Jhr. Mr. H. Smissaert besluit zijn overzicht der Oorlogszeeongevallenwet. Prof. Dr. N. van Wijk geeft indrukken en beschouwingen uit Bulgarije. M.P. Otten dicht een ode aan den wind.
| |
Stemmen des Tijds, Maandschrift voor Christendom en Cultuur. Onder redactie van Dr. W.J. Aalders, Mr. A. Anema, H. Colijn, Mr. P.A. Diepenhorst, Dr. P.J. Kromsigt, P.J. Molenaar, Dr. J.C. De Moor, Dr. E.H. Renkema, Mr. V.H. Rutgers, Dr. J.R. Slotemaker de Bruine, Dr. J.Th. De Visser, Dr. B. Wielinga. Utrecht, G.J.A. Ruys.
In de Juli-aflevering behandelt Ds. B. Wielenga het pacifisme van Kant, Dr. J.C. de Moor de verzen van Henriette Roland Holst. Ds. J.R. Slotemaker de Bruine handelt over bedrijfsorganisatie. Dr. J. Jac. Thomson geeft een literair keur-overzicht.
| |
De Gids. Onder redactie van D. van Blom, H.T. Colenbrander, C.Th. van Deventer, J.N. van Hall, E.J. De Meester, Jan Veth en R.P. J. Tutein Nolthenius. Amsterdam, P.N. van Kampen & Zoon.
De Juli-aflevering wordt geopend met een vertelling ‘Carmen’, door J. de Meester. Hélène Swart bezingt de liefde. William Davids gaat den oorsprong der Don-Juan-legende na. Mr. H. van Campen behandelt Augusta de Wit, Mr. F.E. Posthumus Meyjes de Leidsche vertaling van het Nieuwe Testament. Frans Erens brengt een woord van Victor Hugo in herinnering. Dr. Jan Veth bespreekt Rembrandts verhouding tot Amsterdam.
| |
De Nieuwe Gids, [mede nieuwe serie van de Twintigste Eeuw en het Tweemaandelijksch Tijdschrift], maandschrift voor letteren, kunst, wetenschap en wijsbegeerte, onder redactie van: Dr. H.J. Boeken, Lodewijk van Deyssel, Mr. Frans Erens, Willem Kloos, Jac. van Looy, Frans Netscher. Uitgegeven te 's Gravenhage door de N.V. Electr. Drukkerij ‘Luctor et Emergo’.
In de Juli-aflevering vervolgt de heer G. van Hulzen zijn roman aan 't lichtende strand. De heer C. van der Pol beschrijft Kloosterlingen. Josef Cohen geeft een schets, ‘Mirjam’. Frans Erens brengt nieuwe bladen uit het dagboek van een grensbewoner, Arthur Knaap brieven van het front. Jac. van Looy schetst een konijntje. J.R. van Stuwe behandelt den nieuwen Engelschen dichter Rupert Brooke. Dr. G. van Hoorn ontleedt Grieksche schoonheid. Jules Schürmann geeft mijmeringen van een mandarijn. Augusta Peaux en J. Winkler Prins dragen gedichten bij.
| |
| |
| |
Onze Kunst, geïllustr. maandschrift voor beeldende kunst; bestuurder: Dr. P. Buschmann; Uitgave der naamlooze vennootschap ‘Onze Kunst’, L.J. Veen, uitgever, Amsterdam, Keizersgracht, 485.
Thans is verschenen de aflevering van Maart 1915, bevattende een studie van Prof. Dr. Jhr. J. Six over een werk van Willem Danielsz van Tetrode en eene van Corn. van der Sluys over nieuwe damastontwerpen van Chris Lebeau. Beide artikelen zijn van een rijk illustratiematerieel voorzien. Ch. Doudelet ontwierp een fraaie nieuwe teekening voor het omslag.
| |
De Beweging, algemeen maandschrift voor letteren, kunst, wetenschap en staatkunde, onder redactie van H.P. Berlage Nz., Albert Verwey, Is. P. de Vooys. Amsterdamsche Boekhandel, Amsterdam.
In het Juli-nummer dicht Albert Verweij een vers van een klein aan een groot volk. De heer J. de Gruyter schetst de Engelsche Vredesbeweging. Jos. Loopuyt behandelt de nationale quaestie in het socialisme. Albert Verweij brengt eenige gedachten ter sprake. Leo Picard ontvouwt het Nederlandsche belang in Vlaanderen en het Vlaamsche belang in Nederland. Gedichten worden bijgedragen door Felix Rutten, J.G. Danser, Jan van Nijlen, Sidney Nielsen en Jacob Israël de Haan, welke laatste voortgaat, Duitsche rechtsgeleerden te bestoken.
| |
De Levende Natuur, opgericht door E. Heimans, J. Jaspers Jr. en Jac. P. Thijsse, redactie: J. Heimans, Amsterdam, Jac. P. Thijsse, Bloemendaal.
In het nummer van 1 Juli handelt de heer Jac. P.Th. over den boschandoorn. Naar de Korhoenders begaf zich de heer K. Boedijn. De heer Leon. A. Springer handelt over de Campanula Persicifolia. Nieuwe en zeldzame Nederlandsche paddenstoelen heeft mej. Cath. Cool in 1914 gevonden.
In het nummer van 15 Juli vervolgt mej. Cath. Cool hare beschrijving van nieuwe en zeldzame Nederlandsche paddestoelen, gevonden in het jaar 1914. Dr. W.G.N. van der Sleen begint een uiteenzetting over de geologische vorming van ons Noordzeestrand. A. geeft een aardig verhaal hoe de door hem of haar verzorgde in 't wild levende vogels troost aan het ziekbed brachten.
| |
De Hollandsche Revue, geredigeerd door Frans Netscher en uitgegeven door Vincent Loosjes te Haarlem.
Het nummer van 25 Juni schetst het karakter van den heer C.J. van Ledden Hulsebosch.
|
|
Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd