| |
| |
| |
Tijdschriften.
Onze Eeuw. Maandschrift voor Staatkunde, Letteren, Wetenschap en Kunst, onder redactie van P.J. Blok, P.D. Chantepie de la Saussaye, G.F. Haspels, E.B. Kielstra, K. Kuiper, Jhr. H. Smissaert en J.D. van der Waals Jr. Haarlem, de Erven F. Bohn.
In de Juli-aflevering behandelt Dr. Nico van Suchtelen Dante's Vita Nuova. De heer G.J. Vos Azn. bespreekt Booker T. Washington's komst naar Europa. De heer M.A. van Heekeren looft het Amerikaansche bestuur over de Philippijnen. De heer A.W. Stellwagen beschrijft Bismarck's dagen van strijd met zijn Koning. Dr. J. de Jong vervolgt zijn levensbeschrijving van Lilly Lehmann. Dr. Edward B. Koster vertaalt Deensche gedichten.
| |
De Gids. Onder redactie van D. van Blom, H.T. Colenbrander, C.Th. van Deventer, J.N. van Hall, A.A.W. Hubrecht, E.J. De Meester, W.L.P.A. Molengraaff en R.P.J. Tutein Nolthenius. Amsterdam, P.N. van Kampen &. Zoon.
In het Julinummer vervolgt Dr. P.H. van Moerkerken zijn roman ‘De Bevrijders’, de heer P. Valkhoff zijn studie over Anatole France. Frans Bastiaanse geeft verzen uit een zomerdroom. Dr. A.W. van Renterghem besluit zijn essay over de vrije uitoefening der geneeskunst in Nederland. Dr. Charles M. van Deventer behandelt de luimen der metalen. Mr. H.G. van der Vies doet mededeelingen uit den hernieuwden strijd tegen de doodstraf, Prof. J. Huizinga uit de geschiedenis der Groninger Universiteit. Prof. Van Blom herdenkt majoor Thomson.
| |
De Nieuwe Gids, [mede nieuwe serie van de Twintigste Eeuw en het Tweemaandelijksch Tijdschrift], maandschrift voor letteren, kunst, wetenschap en wijsbegeerte, onder redactie van: Dr. H.J. Boeken, Lodewijk van Deyssel, Mr. Frans Erens, Willem Kloos, Jac. van Looy, Frans Netscher. Uitgegeven te 's Gravenhage door de N.V. Electr. Drukkerij ‘Luctor et Emergo’.
In de Juli-aflevering vervolgt dc heer G. van Hulzen zijn roman aan 't lichtende Strand. De heer Felix Timmermans dicht weder twee forsche Vlaamsche natuurschetsen. Dr. A.N. de Hartog behandelt de beteekenis van den vorm voor het wereldgeheel. De heer J.B. Schepers bespreekt Bredero's invloed op tijdgenooten met iets over plagiaat in dien tijd, H.V. ‘les Begeries’ van Racan. De heer Peter Spaan deelt zijn Parijsch dagboek en een gedicht aan een vriend mede. Jac. van Looy bezingt een Pauwoog-vlinder. Hein Boeken geeft twee klassicistische gedichten en een aanteekening over een weergevonden vers van Alkaios, Corn. Veth een essay over moderne schilderkunst.
| |
De Beweging, algemeen maandschrift voor letteren, kunst, wetenschap en staatkunde, onder redactie van H.P. Berlage Nz., T.J. de Boer, Albert Verwey, Is. P. de Vooys. Amsterdamsche Boekhandel, Amsterdam.
Het Julinummer behelst een studie van den heer J. Koopmans over Elisabeth Maria van der Post. Mej. Nine van der Schaaf vervolgt haar roman ‘Heerk Walling.’ De heer George Gonggrijp zingt gedichten. Albert Verwey vertaalt gedichten van Wordsworth en Baudelaire.
| |
| |
| |
Stemmen des Tijds, Maandschrift voor Christendom en Cultuur. Onder redactie van Dr. W.J. Aalders, Mr. A. Anema, H. Colijn, Mr. P.A. Diepenhorst, Dr. P.J. Kromsigt, P.J. Molenaar, Dr. J.C. De Moor, Dr. E.H. Renkema, Mr. V.H. Rutgers, Dr. J.R. Slotemaker de Bruine, Dr. J.Th. De Visser, Dr. B. Wielinga. Utrecht, G.J.A. Ruys.
De Juli-aflevering wordt geöpend met pittige reisbrieven van den Oud-Minister Colijn over Peking. Jhr. Mr. W.H. de Savornin Lohman bespreekt de opleiding der juristen aan Gymnasium en Universiteit. Bernarda besluit hare novelle ‘Als 't vertrouwen sterft.’ De heer S. Coolsma deelt onder den titel De Vermeende Aap een stuk Soendaneesche literatuur mede. De heer P. Minderaa bezingt den avond.
| |
Ons Tijdschrift. Christelijk letterkundig maandblad onder redactie van L. Bückmann, C. Gerretson, J. Lens, G. Schrijver, Dr. J. van der Valk. 's Gravenhage, D.A. Daamen.
Op de eerste bladzijde der Juni-aflevering prijkt een opschrift voor Thomson's beeld, dubbel akrostichon op de namen Thomson en Durazzo. Dr. J.D. Domela Nieuwenhuis Nyegaard geeft een essay over Sleeswijk (Zuid-Jutland). Willem de Mérode zingt gloedvol vrome gedichten. De heer J. van Bommel behandelt de verhouding tusschen godsdienst en wetenschap. Ten slotte een aesthetische polemiek tusschen de heeren G.J.D.C. Stempels en P.H. Ritter Jr.
| |
Onze Kunst, geïllustr. maandschrift voor beeldende kunst; bestuurder: Dr., P. Buschmann Jr.; Uitgave der naamlooze vennootschap ‘Onze Kunst’ Antwerpen, - voor Nederland: L.J. Veen, Amsterdam, - voor Duitschland: F. Völckmar, Leipzig.
De Juli-aflevering bevat een studie van den heer F. Schmidt Degener over het genetische probleem van De Nachtwacht, door eenige illustraties opgehelderd. De heer J.A. Loeber Jr. behandelt Hollandsche Kunst in Keulen, met name van Thorn Prikker, waarvan vier glasramen worden afgebeeld.
| |
De Levende Natuur, onder redactie van E. Heimans en Jac. P. Thijsse, uitgave van W. Versluys te Amsterdam.
In het nummer van 1 Juli behandelt de heer E. Heimans de herkomst van de Geul-flora. De heer B.C. Ruitink geeft mooie voorbeelden van fasciatie of bandvorming. De heer G.M.R.B. geeft zijn ondervindingen met zijn terrarium ten beste. De heer W.E. Mol beschrijft een bastaard-vorm van Bidens, de heer J. Brummelkamp het Pothoofd in memoriam en zijn opvolger.
In het nummer van 15 Juli besluit de heer E. Heimans zijn onderzoek naar de herkomst der geul-flora. Dr. J.J. Tesch vertelt iets over krabben en kreeften. De heer S. Leefmans verhaalt van een tocht naar het kratermeer op den Kloet op Java. De heer J. Brummelkamp vervolgt zijn botanische excursie naar het Pothoofd bij Zutphen. De heer C.A. van der Gen beschrijft den Nachtpauwoog of Saturnia Pavonia.
| |
De Hollandsche Revue, geredigeerd door Frans Netscher en uitgegeven door Vincent Loosjes te Haarlem.
In het nummer van 25 Juni wordt de lof gezongen van den heer E.F.E. Douwes Dekker, den stichter der partij der Indo-Europeanen.
|
|