Stemmen des Tijds, Maandschrift voor Christendom en Cultuur. Onder redactie van Dr. W.J. Aalders, Mr. A. Anema, Mr. P.A. Diepenhorst, Dr. P.J. Kromsigt, Dr. J.C. De Moor, P.J. Molenaar, Dr. E.H. Renkema, Mr. V.H. Rutgers, Dr. J.R. Slotemaker de Bruine, Dr. J.Th. De Visser, Dr. B. Wielinga. Utrecht, G.J.A. Ruys.
In de Mei-aflevering onderzoekt Prof. Dr. H.H. Kuyper de bijzonderheden van Luther's bekeering en de geboorte der reformatie. ‘Verstandshuwelijk’ is de titel eener novelle van O. Ruysch. Dr. D. Plooy behandelt het vraagstuk der literatuur uit den Romeinschen Keizertijd in onze gymnasia. Verzen worden bijgedragen door J. Jac. Thomson en P.M.
Ons Tijdschrift. Christelijk letterkundig maandblad onder redactie van L. Bückmann, C. Gerretson, J. Lens, G. Schrijver, Dr. J. van der Valk. 's Gravenhage, D.A. Daamen.
In het nummer van 15 Mei vervolgt Jhr. Mr. W.H. de Savornin Lohman zijn beschouwingen over huwelijk en echtscheiding. Verzen van Nellie volgen. Dr. R. Mulder verklaart de afleiding en beteekenis van het woord ‘religie’. ‘Eenzaam’ is getiteld eene novelle van den heer H. Weiland. De ‘Terugblik’ geeft een waar en eerlijk woord over den huidigen politieken toestand.
De Ploeg, geïllustreerd maandblad van de Wereld-bibliotheek. Redactie: L. Simons, directeur; Louis Landry, secretaris. Uitgaaf der Maatsch. voor goede en goedkoope lectuur, Amsterdam.
In de Mei-aflevering bespreekt Dr. Léon Polak Friedrich Hebbel's Kunst- en Levensbeschouwing in verband met zijne dramatische productie. De heer A. Roland Holst vertaalt het gedicht Fuori alla Certosa di Bologna van Giosué Carducci. De heer W.J. Steenhoff doet een poging om sommige tegenwoordige verschijnselen van kunstontwikkeling (?) goed te praten. Na tooneelbespiegelingen van den heer L. Simons beschrijft mej. Annie Salomons een wandeling.
De Witte Mier, Redacteur: J. Greshoff, Uitgever: C.M.B. Dixon, Apeldoorn, gedrukt bij Van der Wiel te Arnhem.
In het Meinummer schrijft de heer S.H. de Roos over eenige kalenders, de heer L. Ronner over de nieuwe beweging in de typografie, mej. Aty Brunt over Veldheer's houtsneden van Nürnberg. Dr. Kurt Hiller geeft eene uitvoerige variatie op het door hem niet vermelde thema van Lichtenberg: ‘wenn ein Buch mit einem Kopfe susammenstösst und es klingt hohl, so braucht die Schuld nicht allemal am Buche zu liegen’; maar in den modernen tijd ligt de schuld toch óók wel eens bij het boek, zooals Dr. Hiller erkent. De redacteur geeft eene critiek van Gabriel Schillings Vlucht. Een literairen brief uit Berlijn schrijft de heer Paul Zech. Volgt een overzicht van buitenlandsche tijdschriften, een essay van den heer C.M.B. Dixon over het boekverkoopersvak, en een aankondiging van nieuwe verschijningen der buitenlandsche literatuur.
Onze Kunst, geïllustr. maandschrift voor beeldende kunst; hoofdredacteur Dr. P. Buschmann Jr.; rubriek Ambachts- en Nijverheidskunst onder redactie van de ‘Nederlandsche Vereeniging voor Ambachts- en Nijverheidskunst’, redactie-commissie S.H. de Roos, Jac. Ph. Wormser, H. Fels, Jac. van den Bosch, Marg. Verwey, secretaresse. Uitgave der naamlooze vennootschap ‘Onze Kunst’ Antwerpen, voor Nederland: L.J. Veen, Amsterdam.
In het Meinummer handelt de heer Jos. Destrée over de portretten van Gerard David. Ary Delen geeft eene beschouwing over de tentoonstelling der Antwerpsche vereeniging ‘Kunst van Heden’. Cornelis Veth behandelt drie muurschilderingen van R.N. Roland Holst in de bestuurskamer van den Alg. Ned. Diamantbewerkersbond. Als steeds zijn alle artikelen rijk geïllustreerd.