De Tijdspiegel. Jaargang 70

[p. 109]

Tijdschriften.

Onze Eeuw. Maandschrift voor Staatkunde, Letteren, Wetenschap en Kunst, onder redactie van P.J. Blok, P.D. Chantepie de la Saussaye, G.F. Haspels, E.B. Kielstra, K. Kuiper en Jhr. H. Smissaert. Haarlem, de Erven F. Bohn.

In het Decembernummer verklaart Prof. Van der Vlugt in een waardig afscheidswoord zijn uittreden uit de redactie van dit tijdschrift in verband met de z.g. ‘concentratie’-politiek. Diezelfde politiek wordt in hetzelfde nummer door Mr. W.H. De Beaufort verdedigd. De heer J. de Gruyter besluit zijn studie over Keats en de heer J.C. van Dijk geeft er eene over Gibert Keith Chestertoe. Dr. N. Japikse beschrijft de werkzaamheid van Johan de Witt ten gunste der zeemacht.

De Gids. Onder redactie van H.T. Colenbrander, C.Th. van Deventer, J.N. van Hall, A.A.W. Hubrecht, E.J. De Meester, W.L.P.A. Molengraaff en R.P.J. Tutein Nolthenius. Amsterdam, P.N. van Kampen & Zoon.

In de December-aflevering geefi de oud-luit. kolonel O.-I.L., F.C. Hering een gedocumenteerd plan voor de toekomstige verdediging van Ned. Indië. Carry van Bruggen besluit hare novelle ‘Heleen’. Dr. Ch.M. van Deventer houdt een betoog tegen Prof. Bavinck's stelling, dat natuurwetenschap haar oorsprong aan het Christendom zou hebben te danken. De heer C.K. Elout deelt een en ander mede uit ‘H.P. Abrahams. De Pers in Zeeland.’ De heer H.J. Westerling geeft eene bijdrage tot de vroegste geschiedenis der Joden in Nederland. De heer C. Aronstein bespreekt het verband tusschen de haven van Curaçao en het Panamakanaal. De heer J.G. Veldheer prijst den schilder Th. van Hoytema. De heer Garel Scharten geeft een analyse van Ary Prins' ‘Heilige Tocht.’.

De Nieuwe Gids, [mede nieuwe serie van de Twintigste Eeuw en het Tweemaandelijksch Tijdschrift], maandschrift voor letteren, kunst, wetenschap en wijsbegeerte, onder redactie van: Dr. A. Aletrino, Dr. H.J. Boeken, Lodewijk van Deyssel, Mr. Frans Erens, Willem Kloos, Jac. van Looy, Frans Netscher. Uitgegeven te 's Gravenhage door de N.V. Electr. Drukkerij ‘Luctor et Emergo’.

In het nummer van December vervolgt de heer J. Kleefstra zijn studie over tucht en tuchteloosheid. Mevrouw W. Wynaendts Francken - Dyserinck bepleit den gemeenschapsplicht der vrouw. De heer Felix Timmermans geeft een novelle ‘Kermismorgend’, Balthazar Verhagen een forsch, episch gedicht ‘De nachtwake van Palinurus’, gevolgd door acht frissche liederen van Giza Ritschl.

De Beweging, algemeen maandschrift voor letteren, kunst, wetenschap en staatkunde, onder redactie van H.P. Berlage Nz., T.J. de Boer, Albert Verwey, Is. P. de Vooys. Amsterdamsche Boekhandel, Amsterdam.

De December-aflevering bevat het derde en laatste deel van Jacob Israël De Haan's studie over Russische gevangenissen. De heer Albert Verwey vangt een vertaling aan van Milton's Herwonnen Paradijs. De heer W. van Os maakt een vergelijking tusschen Egyptische, Helleensche en Moderne kunst. De heer Th. van Ameide bezingt den Balkan-oorlog. Een vertaling wordt opgenomen van Graaf Moltke's interessant essay over Sultan Mahmoed II.

[p. 110]

Stemmen des Tijds, Maandschrift voor Christendom en Cultuur. Onder redactie van Dr. W.J. Aalders, Mr. A. Anema, Mr. P.A. Diepenhorst, Dr. P.J. Kromsigt, Dr. J.C. De Moor, P.J. Molenaar, Dr. E.H. Renkema, Mr. V.H. Rutgers, Dr. J.R. Slotemaker de Bruine, Dr. J.Th. De Visser, Dr. B. Wielinga. Utrecht, G.J.A. Ruys.

In de December-aflevering vervolgt Dr. J.Th. de Visser zijn studie over Johannes Petrus Hazebroek. Dr. J. de Zwaan causeert over een Oostersche reisherinnering. Ds. Joh. Beks deelt zeer belangrijke feiten mede in verband met de Drentsche volksreligie. Ds. J.A. Visscher verhaalt in novelle-vorm van de ellende, die onze arbeiders drijft om in Duitschland werk te zoeken. Verzen worden bijgedragen door Heinrich Petermeyer en I.I. Brants.

Ons Tijdschrift. Christelijk letterkundig maandblad onder redactie van L. Bückmann, C. Gerretson, J. Lens, G. Schrijver, Dr. J. van der Valk. 's Gravenhage, D.A. Daamen.

In de December-aflevering handelt de heer Mr. M.P. Thomassen à Thuessink van der Hoop van Slochteren over diplomatieke betrekkingen tusschen Nederland en het Vaticaan. Verzen zijn er van Heinrich Petermeyer, Geerten Gossaert, J.H. Rispens en G. Waanders. ‘Schaduwen en Schijnsels’ is getiteld een novellistische oudejaarsbijdrage van den heer Johan Smit. Over jongensboeken schrijft Dr. J.A. vor der Hake en de heer Hofwijk besluit met een novelle ‘De IJsbaan’.

De Ploeg, geïllustreerd maandblad van de Wereld-bibliotheek. Redactie: L. Simons, directeur; Louis Landry, secretaris. Uitgaaf der Maatsch. voor goede en goedkoope lectuur, Amsterdam.

In het Decembernummer besluit Karel van de Woestijne zijn gedicht ‘Hupnos en Thanatos’. Aan een bespreking van C. Veth's prikkel-idyllen knoopt de heer Simon B. Stokvis den wensch, dat er ook iets tegen den bioscoop gedaan worde. De heer W.J. Steenhoff behandelt ‘vooruitstrevende verschijnselen’ in de moderne kunst. Twee mooie verzen van Jules Schürmann worden gevolgd door twee brieven van Gustave Flaubert, medegedeeld door Dirk Coster. De heer L. Simons beantwoordt de bedenkingen van den heer J. Greshoff tegen open boekwinkels.

Onze Kunst, geïllustr. maandschrift voor beeldende kunst; hoofdredacteur Dr. P. Buschmann Jr.; rubriek Ambachts- en Nijverheidskunst onder redactie van de ‘Nederlandsche Vereeniging voor Ambachts- en Nijverheidskunst’, redactie-commissie S.H. de Roos, Jac. Ph. Wormser, H. Fels, Jac. van den Bosch, Marg. Verwey, secretaresse. Uitgave der naamlooze vennootschap ‘Onze Kunst’ Antwerpen, voor Nederland: L.J. Veen, Amsterdam.

In het nummer van December geeft Dr. C. Hofstede de Groot een overzicht van eenige belangrijke nieuw ontdekte Rembrandts, van welke prachtige stukken uitnemende afbeeldingen deze aflevering versieren. De heer Corn. van der Sluijs wijdt een rijk geïllustreerd artikel aan den sierkunstenaar M.J. Hack.

Het Huis, Oud en Nieuw, maandelijksch prentenboek, gewijd aan huisinrichting, bouw- en sierkunst. Uitgave van Ed. Cuypers, arch., Amsterdam.

In de Decemberaflevering beschrijft de heer F.A. Hoefer op zijn negenden tocht door Oud-Zwolle verscheidene interessante gevels en een drietal balkdragers. De heer R.H. Herwig verhaalt van den Wedderburcht in Westerwolde. Voorts bevat deze aflevering gevelteekeningen en een interieur van het agentschapsgebouw der Javasche bank te Medan en het filiaal der Ned. Handelsmaatschappij te Weltevreden.

De Natuur, populair geïllustreerd maandblad, gewijd aan de natuurkundige wetenschappen en hare toepassing, onder redactie van Dr. Z.P. Bouman. Utrecht, J.G. Broese.

In het nummer van 15 December wordt een modern Marconi-station aan boord van onze groote zeestoomers beschreven door den heer A.H. de Voogt.

[p. 111]

Dr. R.G. Rijkens besluit zijne beschrijving der constructie van het Mikroskoop-Objectief. Over stieren als rijdieren schrijft de heer J. Baron en de heer D.J. van der Ven besluit zijne berken-monografie. De heer J. Daalder Dzn. handelt over een viertal vlinders uit verschillende familiën.

De Levende Natuur, onder redactie van E. Heimans en Jac. P. Thijsse, uitgave van W. Versluys te Amsterdam.

In het nummer van 1 December plaatst de heer E. Heimans eene interessante studie over klimaat en schelpen, Dr. A.J.M. Garjeanne over bladeren in den wind. Entomologische aanteekeningen maakt de heer S. Leefmans. De heer F.C. van Heuven geeft een overzicht van het eerste natuuronderzoek in den Indischen Archipel, de heer B.G. Ruttink een studie over den Draaihals.

In het nummer van 15 December doet de heer Jac. P.Th. een beroep op de lezers tot steun van den aankoop van bosch en vennen bij Oisterwijk. Dr. J. Kuyper te Paramaribo beschrijft een botaniseertocht in Suriname. De heer W.E. de Mol beschrijft afwijkingen aan tulpen en hyacinthen, die wellicht aan den heeten zomer van 1911 moeten worden toegeschreven. De heer D.L. Daalder zet de beschrijving eener excursie op Terschelling voort. De heer K. Boedyn verhaalt van de natuurmerkwaardigheden van Zeeburg bij Amsterdam, de heer P.E.W.K. deelt een wonderlijk geval van kwetsuur eener bastaardnachtegaal mede en de heer H.A. Kuyper zet zijn nachtelijke excursies voort.

De Hollandsche Revue, geredigeerd door Frans Netscher en uitgegeven door Vincent Loosjes te Haarlem.

Tegenover de eerste bladzijde van het nummer van 25 November staat een mooi portret van Yvette Guilbert, door Anton van Wely. Het karakter wordt geschetst van den heer A. Roodhuyzen, lid der Tweede Kamer.