De Tijdstroom. Jaargang 4(1933-1934)– [tijdschrift] Tijdstroom. Tijdschrift voor kunst en letteren, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 290] [p. 290] De Avondster André Demedts Het laatste is, de oogen laten varen over den arbeid, die is afgedaan, en uit uw blikken weren het verlangend staren naar morgen, elders, later, al vormen van dezelfde waan. Het laatste is te hooren, hoe schoon het klinkt, ver in het dal een jagershoren als 't leven zelf verzinkt. En na de daden en het uitstorten van hart en ziel in werk en strijd, te rekenen hoe dat de dagen korten, te zien hoe droom en daad verschillen zoo naast elkaar geleid. o Hart, keer tot u zelven, na al uw loopen her en der nu rijst waar de avondhemelen zich welven boven ons hoofd, de avondster. Vorige Volgende