De Tijdstroom. Jaargang 2(1931-1932)– [tijdschrift] Tijdstroom. Tijdschrift voor kunst en letteren, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 311] [p. 311] Vier-regel-verzen Wim Witkam de zwarten eren hem als godenzoon dien eens de blanken stieten uit hun midden; hij laat zich nu als eer niet meer verbidden het leven snijdt hij af met koel gehoon. mistnevels hebben de morgenzon omwonden met hun grauwe, koude weefselsfeer; het leven, eerst zo helder, neemt een ommekeer naar de lichtloze dag: het voelt zich wreed geschonden. het zilver stroomt de wolken uit en maakt de lege wegen lichter, de bossen huiveren in dichter beplanting minder. 't lied is uit. die mij het licht geschonden heeft van mijne ogen hem vloek ik dag en nacht en sterven zal ik niet eer mijn wraak zijn leven komt te schennen en dit verdort onder mijn spottend mededogen. Vorige Volgende