Kleine schrifturen Marnix van Gavere
Elke mensch is de moeite waard te benaderen wanneer een drang - bewust of onbewust - in hem aanwezig is welke hem stuwt naar de uitdieping van zijn wezen.
Het diepste kenmerk van dezen tijd is de betrachting elke eenzaamheid uit de menschen weg te dringen en ze verloren te laten leven in doelloosheid. En nooit als thans is een heviger verlangen ontstaan naar het hervinden van de ziel, naar een scherpere aanvoeling van haar naaktste verzuchtingen.
Het is een pijnlijke maar tevens troostrijke ontdekking voor den mensch wanneer hij zich plots zijn oorsprong bewust wordt en God hem toelaat zijn eenzaamheid als een natuurlijken staat in te zien en te aanvaarden.
Hoe een mensch staat in zijn verlorenheid en doelloosheid tegenover zijn door God geschapene ziel is de angstigste vraag van thans.
Wij weten veel schuld in het eigene hart, wanneer wij, na lange en vroom-aandachtige beschouwing en bespiegeling, het aandurven naar de innerlijke roerselen te peilen van een ander hart.
Wij voelen bijna als een verlossing in ons, als wij door een zin, door een kreet, de diepere ondertoon van een leven aanraken en een leven voor ons openligt.
Is niet eenzaam wie verlangt eenzaam te zijn. Kan niet tot de eenzaamheid ingaan wie niet reeds de kern in-zich droeg en er in groeide.
Er is een stilte waarin de wereld als vervloeit en welke onze eenzaamheid zoo verinnigt met ons zelf dat wij haar niet meer verlaten durven.
Het is een wonderbare troost voor het hart zoo het de schoonheid van dit leven, spijts alles, inziet en de dood zonder opstandigheid aanvaarden wil.
Hoe zwaar weegt het hart indien het, bij het na-gaan van zijn herinneringen, niet één zielsvreugde gewaar wordt.
Spijts alle omwentelingen en diep-schokkende gebeurtenissen, welke het leven in deze wereld met zich meebrengt; spijts het gaan van verouderde vormen en het aankomen van nieuwe ordeningen, blijft het hart altijd zich zelf gelijk: eeuwig en van een eeuwigheid die God alleen zal bepalen, eeuwig beluistert het zijn eigen. Hoe ook het geluk of de smart het beroert altijd zal het zijn ballingschap in zich voelen heropleven.