Boekbesprekingen
Jac. Ballings. - Poesken tooneelspel in 4 bedrijven. Uitgeversfirma Jos. Janssens. Antwerpen.
Weer een stuk van den veelschrijver Ballings. Ballings, de man, die stad en dorp overstelpt, overgiet, overstroomt met zijn één twee en drie acters. Ballings de man die schrijft voor brave patronages, zoowel als voor minder kieskeurige gezelschappen, kortom de man die stukken fabriceert voor al wat speelt of spelen wil in Vlaanderen.
Ballings heeft talent, maar hij vermoordt het, wijl hij het commercialiseert.
Hij kan een tooneelstuk opbouwen - zijn Lammeken en zijn Dorpspoeet zijn treffende bewijzen - hij kan dialogeeren - dat treft u in ieder van zijn stukken - hij weet de spanning op te voeren, maar hij laat zijn onderwerpen niet groeien in de diepte, en ook niet in de breedte die ze brengen kon tot een algemeen - menschelijke afmeting. Ballings is nu voor de negen tienden zijner productie een ware pest voor ons Vlaamsch tooneel, als hij had kunnen worden de Nestor De Tiere van onzen tijd.
Nu weer ‘Poesken’, dat we zouden kunnen noemen ‘de geschiedenis van een slet’.
Om den aard van het onderwerp willen we ons niet verder met den inhoud inlaten.
Er is een moraal, jawel, maar de toeschouwer moet zoo diep afdalen, en zoolang en zoover omloopen alvorens tot het moraliseerende einde te komen, dat we werkelijk vreezen, dat de meesten halverwege zouden bezwijken.