Kampersteur
In de door het WNT gegeven oudste citaten bij dit artikel luidt de naam van het bewuste gerecht Kempensche en Kemper steur (resp. ao. 1599 en ao. 1623), en Dr. Beets vraagt zich dan ook af of het wel naar de stad Kampen genoemd is. Dat dit oorspronkelijk zeker niet het geval was blijkt uit het bijkans honderd jaar oudere Notabel boecxken van cokeryen (Brussel ca. 1510; facs. Den Haag 1925), waar op fol. F iij vo precies hetzelfde gerecht beschreven wordt onder den titel ‘Stuer van vccle te maken’. Aangenomen dat steur hier inderdaad identiek is met den naam van de visch (en niet b.v. een verbastering) en dat die naam op het gerecht is toegepast wegens de uiterlijke overeenkomst er van met de toebereide visch (zie Dr. Knuttel in WNT XV, 1559), dan kan men zich den gang van zaken aldus voorstellen dat de verbinding met den plaatsnaam Ukkel door een toevallige, historisch bepaalde en niet meer te verklaren associatie tot stand is gekomen (zooals vaak bij namen van gerechten), dat bij verbreiding in ruimeren kring de betrekkelijk onbekende plaatsnaam Ukkel is vervangen door een meer sprekende, waarbij de keuze van Kempensche stellig beïnvloed is door de contrastwerking eenerzijds: het droge Kempenland en steur! en anderzijds door de gedachte: ja, steur, maar zooals men die uit zoo'n land van pluimveeteelt verwachten kan, nl. van eieren! en dat ten slotte, bij de verspreiding in N.-Nederl., de naam onwillekeurig, maar zeer verklaarbaar geassocieerd is met de stad die om haar - echte! - steur bekend was, Kampen. De beteekenis ‘dwaze streek’ is misschien ten deele te verklaren uit het ietwat komische van de toepassing van een vischnaam op een eierengerecht, maar berust zeker voornamelijk op de omineuze beteekenis die het adjectief
Kamper nu eenmaal verkregen had.
Leiden, Juli 1941
c. kruyskamp