dat onze vereniging uitstippelde is verouderd en uit de handel genomen. Het boekje wordt binnenkort vervangen door digitale pagina's met onvoorstelbare doorklikmogelijkheden en onverwachte links.
Het Reynaertgenootschap evalueert, discussieert en bereidt de toekomst voor. Het neemt ook afscheid van ‘klassiekers’, zoals in 2012 van de Orde van de Vossenstaart. Alles heeft zijn tijd. De toekomst ligt in elk geval in het bevorderen van de studie van de ‘matière renardienne’, in het leveren van advies, in het stimuleren van creatieve en educatieve projecten en in het vertellen van het verhaal. Eigen literair erfgoed van wereldniveau, dat in de literaire canons van Vlaanderen en Nederland voorkomt, inventariseren, bewaren en ontsluiten. Soms tegen beter weten in en met een overdosis aan passie en zelfopoffering. Omdat de studie van de geschiedenis ons zoveel zegt over onze maatschappij. Cultuur- en literatuurhistorici zijn gewapend als de moderne patiënt klaagt over slapeloosheid en slapheid, over hypocrisie, machtsmisbruik, over de dunne scheidingslijn tussen leugen en waarheid ... Omdat de Reynaertverhalen ons door de eeuwen heen zeggen wie we zijn, of we dat nu graag hebben of niet.
Dat de toekomst ook en vooral digitaal wordt, is een waarheid als een vos. Een steeds betere website, een Facebookpagina, een e-zine en (in de toekomst) een blog, zullen deze evolutie ondersteunen. Om de werking te steunen en te stimuleren zijn gepassioneerde medewerkers en visionaire beleidsmensen nodig. Ze zijn ongetwijfeld onder ons.
Tiecelijn 25 stelt niet alleen de vos - hij is op elke pagina aanwezig, al 25 jaar - centraal. Raaf, das en haas, kater, beer, leeuw en wolf kregen al een themanummer. Courtois, Reynaerts Kriekeputtemaatjes en zijn Franse opponent Roonel krijgen aandacht van Paul Verhuyck en Hans Rijns, wiens langere bijdrage werd opgesplitst in kleinere gehelen. Yvan de Maesschalck volgt de hond in het werk van de Portugese Nobelprijswinnaar José Saramago. Hij speurt ook naar andere literaire hondenhistories. A never ending story. De hond speelt doorheen de Reynaertmaterie vele rollen. Reynaert wint van de eenling, maar verliest vaak van het naamloze collectief.
Reynaert trekt (gelukkig) niet altijd aan het langste eind. Willem doet dat wel. Zijn tekst werd al vroeg zelfs in het Latijn vertaald. Mark Nieuwenhuis brengt nu voor het eerst een jambische vertaling van dit bij een breed Reynaert publiek (ook dàt bestaat) onbekende werk, 45 jaar na de eerste Nederlandse vertaling van R.B.C. Huygens. Merkwaardig is de bijdrage van dezelfde auteur over Latijnse grafschriften en lijkklachten in de literatuur van de oudheid en de middeleeuwen.