Tiecelijn. Jaargang 19
(2006)– [tijdschrift] Tiecelijn– Auteursrechtelijk beschermd39Amsterdam, 13 juni 1955 W.Gs Hellinga aan André Stoop
Zeer geachte Heer Stoop, Ik wil U gaarne nogmaals recht hartelijk bedanken voor de ontvangst van onze reisgroep in Sint Niklaas en voor alles wat U bij de tentoonstelling hebt meegedeeld. Tevens wil ik U bij deze gelegenheid graag nog eens zeggen waarover allen het hier eens zijn, namelijk hoe voortreffelijk beeld U van de Reynaert-philologie en van de Reynaert-tekst als cultuur-element hebt gegeven. Wij vonden het een eminente tentoonstelling en ik meen dat een herhaling hiervan in GentGa naar eind1. en eventueel elders zeer toe te juichen is. Mijn fotomateriaal zou ik na de maand September daarvoor wel weer een aantal weken beschikbaar willen stellen. Zoals U weet, moet ik het nu binnenkort zelf weer gebruiken voor het gereedmaken van het tweede deel van mijn editie in de komende zomervacantie.Ga naar eind2. Ik moge thans nog voor een bijzonder geval Uw hulp inroepen. Het adres van de Heer LavaertGa naar eind3. is mij niet bekend, maar ik zou hem zeer gaarne nogmaals namens allen zeer hartelijk willen danken voor zijn begeleiding en voor zijn hartelijkheid in Sint Niklaas. Mag ik U verzoeken hem deze zo oprecht gemeende woorden te willen overbrengen? Met een tot weerziens en herhaling van mijn dank met gevoelens van hoogachting W.Gs Hellinga
Briefhoofd Universiteit van Amsterdam.
Bewaarplaats: Bibliotheca Wasiana, 19/1955/B 54.
Context: De Reynaertdagen kregen grote en nationale uitstraling in de pers. Ook alle gasten waren bijzonder opgetogen. Hellinga is enkele malen in het Waasland op bezoek geweest met een aantal studenten. |
|