Tiecelijn. Jaargang 18(2005)– [tijdschrift] Tiecelijn– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 154] [p. 154] Renaat van Leuven Reinaart Ik ben Reinaart, gij zijt koning en gij duwt mij in den strop. Iemand raaskalt nog van honing, Volgens hem is alles op. Heb ik alles opgegeten, gij zijt koning, oordeel mij; 'k heb mijn advokaat vergeten, dat uw oordeel milder zij. Gij wilt met den strop mij kronen op rnijn laatsten levensdag: zie hoe hoog ik hier zal tronen, zie eens, koning, hoe ik lach. Wat ge doen moet, dat is ruilen, anders val ik op uw hoofd, dan krepeert ge van de builen. Ik ben Reinaart, 'k heb geroofd. Renaat van Leuven Rond de Ronde, 1939. Vorige Volgende