Thirsis Minnewit. Deel 1
(2012)–Anoniem Thirsis Minnewit– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 89]
| |
[Verlaat gy mijn, verheve ziel]1.
‘Verlaat gy mijn, verheve ziel,
Kiest gy voor Min de woeste baren? Ga naar voetnoot+
Vertrout u op geen zwacke kiel
Ten doel Ga naar voetnoot+ van duisende gevaren.
Eilaas, wat droeve smert,
Als ik u missen moet,
Gevoel ik aan myn hert!
Eilaas wat droeve smert
Nu ik u missen moet.
Ik sterf in liefde Ga naar voetnoot+ gloet.’
2.
‘ ‘t Is waar, ik verlaat het vaderlant
En u, myn lief, myn tweede leeven.
Maar oordeelt niet, myn waarde pant,
Dat uw Minnaar u sal begeven:
Al treckt myn Lyf op zee,
‘t Is maar de helft van my,
Myn ziel en reist niet mee.
Al treckt myn lyf op Zee,
‘t Is maar de helft van my.
Mijn liefde blijf u by.’
3.
‘Maar laas, myn sugjes zyn om niet,
De wint vervoert u uit myn oogen!
Ik mis u, lief, u Ga naar voetnoot+ ziels verdriet.
Ag, ag, hoe vind ik myn bedrogen!
Of dunkt u mijn gelaat
Soo schoon niet was als eer,
Verkeert uw min in haat?
Of dunckt u myn gelaat
Soo schoon niet was als eer?
‘t Geschiede nimmermeer.’
| |
[pagina 90]
| |
4.
‘Myn waarde, schoon de winden my
Uit u gesigte weg doen vliegen,
Soo straffen my de Goden vry Ga naar voetnoot+
Indien ik u soek te bedriegen.
Gelooft dan daar niet an
Dat oyt myn trouwe min
In haat veranderen kan.
Gelooft dan daar niet an
Dat oit myn trouwe min
Sal wyken uit myn zin.’
5.
‘Ik sal aan uwe zyde staan
In tyt van storm en Oorlogs-vlagen,
En met u door den Vyand slaan
Om de onderdruckte te onderschragen.
Mijn hert dat kermt en sugt,
‘t Sweeft met u door de Zee
Als Vog’len door de lugt.
Mijn hert dat kermt en sugt,
‘t Zwerft met u door de Zee.
Ag, keert en neemt my mee.’
6.
‘Ag Engel, staakt dog uwen rouw
En wilt u tranen maar af-drogen.
Ik sal u eeuwig sijn getrouw
En soo ras als ik heb vermogen
Zal ik weer by u zyn.
Geeft my dan voor ‘t afscheit
Een kus nog, liefste myn.
Ik sal haast Ga naar voetnoot+ by u sijn.
Ik bid u, niet meer schreit,
Of al myn moet die eynt.’ Ga naar voetnoot+
| |
[pagina 91]
| |
7.
‘Eilaas, daar is een droeve kus,
Wel haastig voor het lest gegeven.
En vrees dat ik u die aldus Ga naar voetnoot+
Nu ook sal geven voor uw leven.
Och Lief, myn waarde pant,
Myn hart dat breekt aan stuck.
Ik zal raken van kant.
Soo ras gy zyht van Land
Myn hart dat breekt aan stuck,
Laat gy myn in den druck.’
8.
‘O hart en droevig scheiden dan,
Dat ik u zal moeten verlaten!
Ach, troost u maar soo veel gy kan
En neemt den Hemel tot u baten.
En schoon dat door den nood Ga naar voetnoot+
Als ik nu van u vliet
Mijn overviel de doodt,
Soo denckt: die harde stoot
Door Godes wil geschiet.
En namaals weder siet.’ Ga naar voetnoot+
9.
‘Wel gaat dan, in des Heeren naam!
Ik hoop die sal u Leidsman wesen.
En draagt u Ga naar voetnoot+ over al bequaam.
Ik zal myn toonen, als voor desen,
Altyt de liefde trouw,
Soo lang gy van myn zyt.
Adieu myn Engel, nou,
Ik zal u zyn getrou
Tot dat de dood ons scheit.
Adieu in eeuwigheit.’
| |
[pagina 92]
| |
10.
‘Vaar wel, mijn Lief, ik sal midden in
Het Oorlogs-vuer hier op betrouwen
Dat my de gunst van mijn Godin
In ‘t grootst gevaar wel kan behouwen.
Mijn Engel, weent niet meer,
Ach, staakt uw droef gesugt:
U Minnaar keert haast weer.
Mijn Engel, weent niet meer
Ach, staakt uw droef gesugt,
Eer my de ziel ontvlugt.’
|