De voorzyde bestaet in een schild waerop het borstbeeld van den heer Conscience uitgedreven is; twee horens van overvloed waeruit des schryvers werken talryk vloeijen dalen langs het schild, dat met zwierige lauwertakken is omkranst en door eene schitterende ster is bekroond.
Van wederzyden des schilds staet een allegorische beeld; ter regterzyde de Vereeniging, houdende een krans van onsterfelyke bloemen; ter linkerzyde de Faem met de bazuin des roems.
De achterzyde van het drinkvat bestaet uit het blazoen der Maetschappy Voor Tael en Kunst, zynde eene dichterharp of lier, bekroond met het wapen der stad Antwerpen, waer boven de ster der toekomst door eikenloover en lauwertakken omkranst. Even als aen de voorzyde staen hier twee allegorische beelden de Beschaving met de fakkel des lichts en de Eendragt op den pylbundel rustend, die elkander de hand reiken tot heil der vlaemsche zaek. Het laetste beeld de Eendragt verplet met haren pylbundel den kop van het monster der tweedragt, dat stuiptrekkend aen hare voeten sterft.
Overigens is de kuip op haren geheelen omtrek overdekt met eigenaerdig loofwerk, dat de twee voorname zyden tot een geheel vereenigt. Rond de kuip tusschen loofwerk en beelden doorgeslingerd, loopt een band, die voor opschrift draegt: De Maetschappy Voor Tael en Kunst aen Hendrik Conscience.
Het derde gedeelte van het drinkvat is de eigentlyke beker, waervan het onderste deel tusschen boven beschrevene versierselen is vervat.
De beker is effen en verheft zich uit de kuip; zyne oppervlakte is verguld. Het gedeelte dat onder de versierselen ligt, is met facetten of lichtkanten gewerkt, die met hunnen glinsterenden goudglans door den band der kuip zich ontlasten en zigtbaer het geslepen kristael nabootsen.
Volgens deze beschryving kan men genoeg oordeelen, denken wy, dat de samenstel van het drinkvat, den heere Conscience door de Maetschappy voor Tael en Kunst geschonken, overschoon en allergelukkigst is. Voor wat de uitvoering aengaet, durven wy,