Omdat men binnen het kader van de autonome fonologie voor het reeds genoemde probleem kennelijk geen oplossing heeft kunnen bereiken, hebben de heer Campbell van het psychologies instituut en ik gemeend, dat vanuit de generatieve fonologie misschien een meer bevredigende beschrijving gegeven zou kunnen worden.
De generatieve fonologie verschilt op een aantal punten van de autonome fonologie.
In de eerste plaats deelt zij woorden niet op in als fonemen te beschouwen segmenten fonemen, maar in systematiese fonemen.
Het systematies fonologies niveau ligt a.h.w. ‘boven’ het fonologies niveau; het is ongeveer te vergelijken met het morfofonologies niveau uit de traditionele fonologie. Dit houdt in dat de generatieve fonologie een foneem altijd in samenhang ziet met de onmiddellijk voorafgaande en de onmiddellijk volgende fonemen, omdat de fonetiese vorm afhankelijk is van de kontekst waarin het verschijnt. Dit begrip, ‘kontekst’ kan men ook ruimer interpreteren en dan omvat het tevens de woordsoort, het aantal lettergrepen waaruit een woord bestaat, de plaats en de funktie van de lettergrepen binnen een woord (stam, suffix, enz.), de plaats van het woordaksent. Inderdaad houdt de generatieve fonologie met al deze dingen rekening, en dat is dan een tweede verschilpunt met de autonome fonologie.
De generatieve fonologie gaat uit van de systematies fonetiese representatie en vergelijkt deze met de systematies fonologiese representatie. Wanneer zich verschillen voordoen tracht zij regels op te stellen die deze ‘veranderingen’ beschrijven. Op die manier willen de heer Campbell en ik proberen de regels op te stellen die het optreden van de /ə/ binnen zijn konteksten specificeren.
Deze regels hebben we inmiddels gevonden. Ze geven o.a. te zien dat niet elke ‘ə’ op het systematies foneties niveau binnen een bepaalde kontekst korrespondeert met een ‘u’ op het systematies fonologies niveau binnen dezelfde kontekst. Daarbij wil ik er nadrukkelijk op wijzen dat ik met de ‘u’ niet het spellingsteken bedoel, maar een abstraktum op het systematies fonologies niveau. Dit niveau is te vergelijken met de dieptestruktuur van een zin.
De volgende stap is - en daar zijn we druk mee bezig - de psychologiese realiteit van deze regels te toetsen aan de hand van een eksperiment. De bedoeling van dit eksperiment is na te gaan of de regels, die wij hebben toegepast, ook inderdaad door proefpersonen bevestigd worden. Graag zou ik met een aantal voorbeelden de methode en aard van het eksperiment nader uiteenzetten, maar als het een waardevolle toets wil zijn, mag ik daarover niets meer meedelen, aangezien ik de proefpersonen onder Neerlandici van ons instituut hoop te vinden.
Rest mij nog mee te delen, dat alle notaties die hier voorkomen zijn overgenomen uit Cohen.
M.L. Joustra-de Boer