Redactie Onze Taal
Gaten in de taal
Iemand die je niet kunt inhalen
Hoe noem je je broers en zussen in één woord? Is er een woord voor net geluid van schaatsen op natuurijs? Denk mee en vul de gaten in de taal.
Hoe noemt u iemand die u maar niet voorbijkomt op de snelweg of op straat? Dat vroegen we u in de oktoberaflevering van deze rubriek. Bijvoorbeeld: u loopt op de markt en de persoon voor u beweegt zich nét iets langzamer voort dan uzelf, maar ook weer te snel om er makkelijk omheen te gaan. De inhaalmanoeuvres die u onderneemt, mislukken door tegenliggers, of doordat uw voorganger met uw stap naar links zelf ook naar links opschuift, want echt goed om zich heen kijken doet hij niet.
Dat verschijnsel maakte duidelijk iets los bij u. Dat bleek niet alleen uit de grote hoeveelheid inzendingen (in totaal werden ruim 250 woorden aangedragen), maar ook uit de woede die er vaak van afdroop: irrijder, sukkelier, frustreerverkeer, kruipkloot, wegaso. Velen brachten de relatieve traagheid ook wel in verband met het dierenrijk (jeukrups, hindervlinder, stoepkrab, straatslak, slalomsaurus), dan wel uitdrukkelijk met het vrouwelijk geslacht: treuzeltrut, tutganger en Staufrau (Duits voor ‘filevrouw’) - want zoals iemand zijn inzending toelichtte, met de verzuchting dat hij er vast geen vriendinnen mee ging maken: ‘Frustobjecten behoren, net als lustobjecten, onevenredig vaak tot het vrouwelijk geslacht.’
Ruud van Leeuwen koos voor een ander prototypisch geval van traagheid: dafrijder, met als toelichting: ‘In de jaren zestig deed de grap de ronde: “Wat is de snelste auto?” Antwoord: “Een Daf, want Dafjes rijden altijd aan de kop van een file.”’ En een leerling uit 5-havo van het Melanchthon College in Rotterdam dacht allereerst aan brugklasser.
Mooie woorden en verhalen genoeg dus, maar met zo veel woorden kwam de lat voor het winnende woord extra hoog te liggen. De echte winnaar mag natuurlijk niet de gefrustreerde automobilist negeren (zoals wel gebeurde in antiloop en hinderloper) of juist de voetgangers (koplampklever, stroopwagen). Het moet niet té hip zijn (slow bro) of té plastisch (straatembolie). Niet te omschrijvend (doorgang-blokkeerder), maar ook niet te poëtisch (meanderdraler).
Zo bleef een handjevol woorden over die eigenlijk allemaal wel geschikt waren, zoals impassant, obstakeling, treuzelganger en frontklever, maar uiteindelijk kwam toch als winnaar uit de bus: gangbreker, een niet-gewrocht en vanzelfsprekend aandoend woord, dat ook knipoogt naar spelbreker en gangmaker, en dat precies beschrijft wat er aan de hand is: de gang wordt eruit gehaald.
De boekenbon van €25,- is gewonnen door Wim Verbruggen uit Sint Hubert.