Vraag en antwoord
Taaladviesdienst
Te vinden zijn
? ‘Je mag gebruikmaken van alle boeken die hier zijn te vinden.’ Is dat een goede formulering, of moet het zijn: ‘alle boeken die hier te vinden zijn’?
! De voorkeur gaat uit naar ‘alle boeken die hier te vinden zijn’. Dat heeft te maken met de keuze voor een naamwoordelijk dan wel een werkwoordelijk gezegde. (Meer informatie over het verschil daartussen staat in het kader hieronder.)
Vaak is het voor de woordvolgorde in een zin niet direct van belang of een gezegde werkwoordelijk of naamwoordelijk is, maar in bijzinnen is er een belangrijk verschil. Bij een werkwoordelijk gezegde zijn twee bijzinsvolgordes mogelijk:
- | Eva zegt dat ze vertrokken is. |
- | Eva zegt dat ze is vertrokken. |
Bij een naamwoordelijk gezegde bestaat die variatie niet:
- | Eva zegt dat ze ziek is.
|
- | [fout:] Eva zegt dat ze is ziek. |
Bij te vinden zijn is sprake van een naamwoordelijk gezegde. Dat is af te leiden uit het feit dat er ook een ander koppelwerkwoord dan zijn kan worden gebruikt: ‘alle boeken die hier te vinden lijken’, ‘die hier te vinden blijven’. Verder is te vinden zijn synoniem met vindbaar zijn, dat zonder meer een naamwoordelijk gezegde is, omdat vindbaar een bijvoeglijk naamwoord is.
Toch wordt een naamwoordelijk gezegde met zijn soms als werkwoordelijk gezegde opgevat, zeker als het naamwoordelijk deel een werkwoord bevat of daar sterk op lijkt. Zo komen constructies als ‘iemand die is behept met een sterk wantrouwen’ vaak voor, terwijl behept geen voltooid deelwoord is (maar een bijvoeglijk naamwoord) en dus eigenlijk alleen ‘iemand die behept is’ te verdedigen is.
Hoe vaker volgordes als ‘die hier zijn te vinden’ voorkomen, hoe groter de kans dat ze op termijn in de taaladviesliteratuur worden goedgekeurd. Maar voorlopig gaat de voorkeur uit naar de volgorde ‘die hier te vinden zijn’.