Van Aaf tot z
Koning
Als je zoals ik 36 bent, of, tegen de tijd dat u dit stukje leest, 37, kom je jammer genoeg steeds minder in aanraking met mensen die iets van taal weten. Natuurlijk, iedereen om je heen spreekt gewoon de Nederlandse taal, en daar weten ze ook heus wel wat van af, maar ze weten niet veel van de laatste ontwikkelingen.
Gelukkig ken ik drie mensen die wel goed op de hoogte zijn van de laatste taaltrends, en ook gretig alle nieuwe woorden die zij via hun hippe vrienden leren, op hun omgeving uitproberen. Dat zijn de kinderen van mijn vriend (allebei ii) en de Hippe Vriend van mijn broer, die, ondanks het feit dat hij al 33 is, toch af en toe met nieuwe termen komt, meestal uit het internationale business- en bralcircuit. Zo leerde ik van hem de term laaghangend fruit: dat zijn vrouwen die zich net te makkelijk aanbieden bij het andere geslacht. Een mooie uitdrukking.
De Hippe Vriend kwam, een tijdje geleden, met de woorden baas en koning. Die woorden bestonden natuurlijk allang, maar hij gebruikte ze in lichtelijk andere zin, in de zin van: ‘geweldig persoon’. En, belangrijk: zonder lidwoord. De eerste keer dat hij ze tegen mij gebruikte, ging dat over mijn vriend. Die had mooi gespeecht bij een begrafenis, en de Hippe Vriend was daar ook bij geweest, en belde mij erna op met de volgende mededeling: ‘Jouw vriend is echt baas. Hij is echt koning.’
Sindsdien hoor ik die woorden steeds vaker, en ik vind ze leuk. Ook slim, van de corpsbal die het ooit bedacht heeft, om de lidwoorden er gewoon af te laten. Want als je gaat zeggen: ‘Jouw vriend is dé baas’, dan klinkt hij als de vervelende chef van de kantoorboekhandel op de hoek. En als je over iemands vriend zegt: ‘Jouw vriend is de koning’, klinkt dat - tja, nogal ongeloofwaardig. Als iets uit een sprookje. Terwijl we allemaal best baas en koning willen zijn, maar dan wel geloofwaardig, natuurlijk.
Onlangs was ik in een kerk, zo'n moderne Nederlandse kerk waar op zondag een band christelijke pop speelt en ze werkgroepjes hebben voor jonge gelovige homo's die uit de kast willen komen. Daar hing aan de muur een groot wandkleed met daarop de woorden: ‘Jezus is Koning.’ Hé, wat leuk, dacht ik. Wat hip. Maar toen bedacht ik me dat de kerk toch eerder was geweest dan de corpsballen, met de lidwoordloze koning.
Aaf Brandt Corstius