Redactie Onze Taal
Tamtam
Spellen jongeren steeds slechter? Nee en ja
Holt de spelvaardigheid van jongeren inderdaad achteruit, zoals vaak wordt beweerd? Dat ligt er een beetje aan waarnaar je kijkt, zo blijkt uit een onlangs verschenen rapport van de Nederlandse Taalunie. Op de basisschool valt het allemaal erg mee, maar het voortgezet onderwijs biedt een minder rooskleurig beeld.
Het Taalunie-rapport, ‘Ze kunnen niet meer spellen’ geheten, meldt dat er eigenlijk niet zo veel wetenschappelijk verantwoorde cijfers over spelvaardigheid te vinden zijn. Maar de cijfers díé er zijn, zijn niet erg onrustbarend als het gaat om basisschoolleerlingen. Al in 1988 is er onderzoek gedaan naar de werkwoordspelling van leerlingen aan het einde van de basisschool, en die bleek veel beter dan verwacht. Dat hoge niveau was in 2010 nog altijd hetzelfde, zo leert het Taalunie-rapport. Ook Cito-onderzoek uit 1999 is hoopgevend.
Maar tegelijk bevestigt een vorig jaar in Vlaanderen gehouden onderzoek de indruk dat het ná de basisschool snel bergafwaarts gaat met de werkwoordspelling. Projectleider Rik Schutz van de Taalunie: ‘Op hun achttiende beheersen leerlingen de werkwoordspelling slechter dan op hun twaalfde.’ Hoe dat komt, weet Schutz niet zeker; hij wijst erop dat middelbare scholieren weliswaar nog altijd de spellingregels moeten kennen, maar dat er geen ‘drill and practice’ meer is.
Ook andere factoren spelen bij dit alles misschien een rol. Door de digitale media schrijven jongeren veel meer dan vroeger. Schutz: ‘Daardoor lijkt het alsof er meer fouten geschreven worden. We zien er gewoon meer.’ Tegelijk constateert het rapport dat mensen het niet zo nauw nemen met de spelling als ze mailen, chatten of sms'en. En die houding is volgens Schutz dan misschien weer van invloed op het correct spellen in het algemeen.